Home ->Woordenboeken ->Frans/Nederlands ->Zoek: défiler

Franse en Nederlandse zoekresultaten voor: défiler

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

défiler:
- Wiktionary:
  défiler → afhalen, defileren
- Synoniemen voor "défiler":
  marcher; cheminer; avancer; trotter; trottiner; clopiner; errer; flâner; vagabonder; précéder; suivre; venir; passer

Frans

Uitgebreide vertaling voor défiler (Frans) in het Nederlands

Spelling Suggesties voor: défiler

défier; dégeler; défiez; dériver; défiiez; décider; défies; défiera; déniger; dénier

défiler:

Synoniemen voor "défiler":

marcher; cheminer; avancer; trotter; trottiner; clopiner; errer; flâner; vagabonder; précéder; suivre; venir; passer

Wiktionary: défiler

défiler

verb

détacher une chose du fil du cordon où elle passer.
- défiler → afhalen; defileren

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van défiler

fait de défiler

Nederlands

Suggesties voor défiler in het Nederlands

Spelling Suggesties voor: défiler

deler; deftiger; draler; defilé; demper; dender; delver; decenter; denker; deponeer

Computer vertaling door derden: