Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. établissement:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor établissement (Frans) in het Nederlands

établissement:

établissement [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'établissement (colonie; installation)
    de vestiging; de nederzetting
  2. l'établissement (colonie; implantation)
    de vestiging; de kolonie
    • vestiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • kolonie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. l'établissement (instauration; fondation; construction; création)
    de grondlegging
  4. l'établissement (entreprise commerciale; compagnie; exploitation; )
    het bedrijf; het handelsbedrijf
  5. l'établissement
    de vestiging

Vertaal Matrix voor établissement:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedrijf compagnie; entreprise; entreprise commerciale; exploitation; exploitation commerciale; firme; maison; société; établissement affaire; association; compagnie; entreprise; entreprise commerciale; entreprise de détail; exploitation; firme; groupe de sociétés; maison de commerce; société; vie de l'entreprise
grondlegging construction; création; fondation; instauration; établissement
handelsbedrijf compagnie; entreprise; entreprise commerciale; exploitation; exploitation commerciale; firme; maison; société; établissement entreprise commerciale; exploitation; firme; maison de commerce; société
kolonie colonie; implantation; établissement
nederzetting colonie; installation; établissement colonie
vestiging colonie; implantation; installation; établissement fondation; installation; instauration; institution; édification

Synoniemen voor "établissement":


Wiktionary: établissement

établissement
noun
  1. een zaak of bedrijf

Cross Translation:
FromToVia
établissement vestiging; bestel establishment — that which is established

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van établissement