Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. hernie:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor hernie (Frans) in het Nederlands

hernie:

hernie [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'hernie
    de hernia
    • hernia [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. l'hernie (butte; bosse; enflure; ampoule; colline)
    de bobbel; de uitstulping; de uitpuiling
  3. l'hernie (fracture; interruption; rupture; pause)
    de breuk; de fractuur
    • breuk [de ~] zelfstandig naamwoord
    • fractuur [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hernie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bobbel ampoule; bosse; butte; colline; enflure; hernie abcès; ampoule; bosse; bouffissure; boule; bubon; enflure; gonflement; grosseur; inégalité; meurtrissure; renflement; tumeur; tuméfaction
breuk fracture; hernie; interruption; pause; rupture crevasse; fissure; fraction; fêlure; gerçure; interférence; interruption; intervention; nombre fractionnaire; rupture
fractuur fracture; hernie; interruption; pause; rupture
hernia hernie
uitpuiling ampoule; bosse; butte; colline; enflure; hernie
uitstulping ampoule; bosse; butte; colline; enflure; hernie

Synoniemen voor "hernie":


Wiktionary: hernie

hernie
noun
  1. chirurgie|fr tumeur mou former par un organe ou une partie d’organe sortir de la cavité qui le contenir normalement par un orifice naturel ou accidentel.
hernie
noun
  1. een uitstulping van een orgaan of weefsel uit de lichaamsholte waar het normaliter in ligt

Cross Translation:
FromToVia
hernie hernia hernia — part of the body protruding abnormally through a tear or opening in an adjacent part

Verwante vertalingen van hernie