Frans

Uitgebreide vertaling voor autorisation (Frans) in het Nederlands

autorisation:

autorisation [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'autorisation (permission; consentement)
    de autorisatie; de toestemming; de machtiging; het fiat
  2. l'autorisation (procuration; approbation; permission; consentement)
    de autorisatie; de machtiging; de volmacht; de toestemming; het fiat
  3. l'autorisation (approbation; accord; acceptation; consentement; permission)
    de goedkeuring; de instemming; het akkoord
  4. l'autorisation (permission; concession; accord; admission)
    de goedkeuring; de toestemming; de permissie; het akkoord; het goedvinden; het fiat
  5. l'autorisation (admission; permission; accord)
    de toelating
  6. l'autorisation (procuration; mandat; carte blanche; plein pouvoir)
    de volmacht; geven van volmacht; de lastgeving; de lastbrief
  7. l'autorisation (permis; licence de débit de boissons; licence; )
    de vergunning; de licentie
  8. l'autorisation (mandat; procuration; ordonnance de paiement; )
    het mandaat; de volmacht; de vergunning; de procuratie; de licentie
  9. l'autorisation (mandat)
    machtigingsformulier
  10. l'autorisation (laisser-passer; carte blanche; permis)
    de vrijbrief
  11. l'autorisation
    de autorisatie
  12. l'autorisation
    de machtiging
  13. l'autorisation
    de toestemming

Vertaal Matrix voor autorisation:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
akkoord acceptation; accord; admission; approbation; autorisation; concession; consentement; permission accommodement; accord; alliance; arrangement; coalition; confédération; consentement; convention; corporation; fédération; liaison; ligue; pacte; rapport; relation; syndicat; traité; union
autorisatie approbation; autorisation; consentement; permission; procuration
fiat accord; admission; approbation; autorisation; concession; consentement; permission; procuration
geven van volmacht autorisation; carte blanche; mandat; plein pouvoir; procuration
goedkeuring acceptation; accord; admission; approbation; autorisation; concession; consentement; permission accord; activité d'approbation; approbation; convention
goedvinden accord; admission; autorisation; concession; permission
instemming acceptation; accord; approbation; autorisation; consentement; permission accord; approbation; consentement; succès
lastbrief autorisation; carte blanche; mandat; plein pouvoir; procuration assignation; consigne; instruction; mandat; ordre de service
lastgeving autorisation; carte blanche; mandat; plein pouvoir; procuration assignation; commande; consigne; instruction; mandat; ordre de service
licentie autorisation; carte blanche; concession de boissons; débit; délégation; habilitation; licence; licence d'exploitation d'un débit de boissons; licence de débit de boissons; mandat; ordonnance de paiement; permis; permission; pleins pouvoirs; pouvoir; procuration brevet; certificat; diplôme; licence; licence de brevet
machtiging approbation; autorisation; consentement; permission; procuration
machtigingsformulier autorisation; mandat
mandaat autorisation; délégation; habilitation; mandat; ordonnance de paiement; pleins pouvoirs; pouvoir; procuration assignation; commande; consigne; instruction; mandat; mandat électif; ordre de service
permissie accord; admission; autorisation; concession; permission
procuratie autorisation; délégation; habilitation; mandat; ordonnance de paiement; pleins pouvoirs; pouvoir; procuration
toelating accord; admission; autorisation; permission
toestemming accord; admission; approbation; autorisation; concession; consentement; permission; procuration accord; approbation; convention
vergunning autorisation; carte blanche; concession de boissons; débit; délégation; habilitation; licence; licence d'exploitation d'un débit de boissons; licence de débit de boissons; mandat; ordonnance de paiement; permis; permission; pleins pouvoirs; pouvoir; procuration licence; permis
volmacht approbation; autorisation; carte blanche; consentement; délégation; habilitation; mandat; ordonnance de paiement; permission; plein pouvoir; pleins pouvoirs; pouvoir; procuration mandat
vrijbrief autorisation; carte blanche; laisser-passer; permis
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
goedvinden admettre; agréer; approuver; autoriser; concéder; consentir; consentir à; donner le feu vert à; déclarer bon; habiliter; laisser; permettre; ratifier; rendre légitime; tolérer
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
akkoord OK!; d'accord
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
akkoord bien; bon; d'accord; en règle; parfait

Synoniemen voor "autorisation":


Wiktionary: autorisation

autorisation autorisation
noun
  1. een officiële (noodzakelijke) toestemming om een bepaalde activiteit uit te voeren

Cross Translation:
FromToVia
autorisation volmacht; machtiging; authorisatie; vergunning authorization — act of authorizing

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van autorisation