Frans

Uitgebreide vertaling voor boucherie (Frans) in het Nederlands

boucherie:

boucherie [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la boucherie (boucher)
    de slager; de vleeshouwer
    • slager [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vleeshouwer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. la boucherie
    de slagerij; de vleeshouwerij; de slagerswinkel; slagerszaak
  3. la boucherie (charcuterie)
    de spekslagerij; varkensslagerij
  4. la boucherie (charcuterie)
    slagerszaak
  5. la boucherie (abattoir)
    de slachterij; het abattoir; het slachthuis
  6. la boucherie (abattoir)
    slachtplaats
  7. la boucherie (massacre; carnage; hécatombe; tuerie)
    slachten van vee; de slachting
  8. la boucherie (carnage; massacre; hécatombe)
    het bloedvergieten
  9. la boucherie (abattage; massacre; exécution; carnage; tuerie)
    afslachten; afmaken; de afslachting; de slachting
  10. la boucherie (billot; abattoir)
    de slachtbank
  11. la boucherie (massacre; carnage; abattage; tuerie; hécatombe)
    de slachtpartij; de moordpartij; het bloedbad; de afslachting; de slachting

Vertaal Matrix voor boucherie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abattoir abattoir; boucherie
afmaken abattage; boucherie; carnage; exécution; massacre; tuerie achèvement; finition
afslachten abattage; boucherie; carnage; exécution; massacre; tuerie
afslachting abattage; boucherie; carnage; exécution; hécatombe; massacre; tuerie
bloedbad abattage; boucherie; carnage; hécatombe; massacre; tuerie
bloedvergieten boucherie; carnage; hécatombe; massacre
moordpartij abattage; boucherie; carnage; hécatombe; massacre; tuerie
slachtbank abattoir; billot; boucherie
slachten van vee boucherie; carnage; hécatombe; massacre; tuerie
slachterij abattoir; boucherie
slachthuis abattoir; boucherie
slachting abattage; boucherie; carnage; exécution; hécatombe; massacre; tuerie
slachtpartij abattage; boucherie; carnage; hécatombe; massacre; tuerie
slachtplaats abattoir; boucherie
slager boucher; boucherie
slagerij boucherie
slagerswinkel boucherie
slagerszaak boucherie; charcuterie
spekslagerij boucherie; charcuterie
varkensslagerij boucherie; charcuterie
vleeshouwer boucher; boucherie
vleeshouwerij boucherie
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afmaken abattre; accomplir; achever; améliorer; anéantir; assassiner; compléter; compléter quelque chose; conclure; couper la gorge à; descendre; décharger; effectuer; en finir; exterminer; exécuter; faire; finir; liquider; mettre au point; mettre fin à; parachever; parfaire; perfectionner; prendre fin; rendre complet; réussir à achever; s'achever; s'acquitter de; se terminer; serrer la gorge; supplémenter; supprimer; terminer; tuer; égorger; éliminer une personne
afslachten anéantir; assassiner; couper la gorge à; décharger; exterminer; perfectionner; serrer la gorge; tuer; égorger

Synoniemen voor "boucherie":


Wiktionary: boucherie

boucherie
noun
  1. (vieilli) endroit pour abattre les bêtes dont la chair doit être vendre.
boucherie
noun
  1. Het bedrijf van een beenhouwer
  2. Het bedrijf van een slager

Cross Translation:
FromToVia
boucherie slachterij ↔ butcher's — butcher's shop
boucherie slachterij Metzgerei — Geschäft, in dem Fleisch- und Wurstwaren verkauft werden

User Translations:
Word Translation Votes
boucherie beenhouwerij 4

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van boucherie