Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. brèche:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor brèche (Frans) in het Nederlands

brèche:

brèche [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la brèche (trou; ouverture; trouée)
    de bres; de opening; het gat
    • bres [de ~] zelfstandig naamwoord
    • opening [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • gat [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. la brèche (embrasure; baie)
    de opening; de deuropening

Vertaal Matrix voor brèche:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bres brèche; ouverture; trou; trouée
deuropening baie; brèche; embrasure
gat brèche; ouverture; trou; trouée anus; crevasse; derrière; encoche; fesses; fuite d'eau; hameau; trou de balle
opening baie; brèche; embrasure; ouverture; trou; trouée amorce; blanc; cannelure; carrière; commencement; coupe-feu; creux; crevasse; début; décollage; démarrage; départ; encoche; entaille; entrebâillement; espace; fente; fissure; fossé; gorge; gouffre; interligne; intervalle; origine; ouverture; pare-feu; pause; précipice; rainure; ravin; sillon; tranchée

Synoniemen voor "brèche":


Wiktionary: brèche

brèche
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens
  2. zoologie|nocat=1 Une espèce d'insecte lépidoptère (papillon) de nuit d'Europe et d'Afrique du Nord de la famille des noctuidés (Noctuidae), dont le dos des ailes est de couleur brune à paille.

Cross Translation:
FromToVia
brèche achterdeur loophole — method of escape

Computer vertaling door derden: