Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. escapade:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. escapade:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor escapade (Frans) in het Nederlands

escapade:

escapade [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'escapade (faux pas)
    de escapade; de uitstapje
    • escapade [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • uitstapje [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor escapade:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
escapade escapade; faux pas
uitstapje escapade; faux pas excursion; excursion d'une journée; incursion; petit tour; promenade; sortie; tour; échappée

Synoniemen voor "escapade":


Wiktionary: escapade

escapade
noun
  1. action de se dérober, de manquer à son devoir pour aller se divertir

Cross Translation:
FromToVia
escapade escapade escapade — daring or adventurous act; undertaking which goes against convention



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor escapade (Nederlands) in het Frans

escapade:

escapade [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de escapade (uitstapje)
    l'escapade; le faux pas

Vertaal Matrix voor escapade:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
escapade escapade; uitstapje
faux pas escapade; uitstapje blunder; fout; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; struikeling; vergissing; verspreking

Verwante woorden van "escapade":

  • escapades

Wiktionary: escapade

escapade
noun
  1. action de se dérober, de manquer à son devoir pour aller se divertir
  2. (familier, fr) (term, avec une nuance d’indulgence) folie de jeunesse, escapade.

Cross Translation:
FromToVia
escapade escapade escapade — daring or adventurous act; undertaking which goes against convention