Frans

Uitgebreide vertaling voor grillage (Frans) in het Nederlands

grillage:

grillage [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le grillage (clôture; palissade; treillis; )
    de afrastering; de omheining; de omrastering
  2. le grillage (barreau; grille; barreaux; grilles)
    de tralie; de stijl; de spijl
    • tralie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • stijl [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • spijl [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. le grillage (grille; treillis; lattis; )
    de rooster; de raster; het rasterwerk; de rastering
    • rooster [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • raster [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • rasterwerk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • rastering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  4. le grillage (treillage; restriction; bornes; limitation; limites)
    de afscherming; de afrastering; de begrenzing
  5. le grillage (clôture; treillis; palissade; treillage; grille)
    het hekwerk; het rasterwerk
  6. le grillage (verrous; grille; barreaux; treillis; barrières)
    de grendels
    • grendels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  7. le grillage (lattis; grille; lattage)
    de raster; de spijlen; het latwerk; de rastering
    • raster [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • spijlen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • latwerk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • rastering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  8. le grillage (grilles; grille; barreaux; )
    het traliewerk; de spijlen; de traliën
    • traliewerk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • spijlen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • traliën [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor grillage:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afrastering balisage; bornes; clôture; délimitation; démarcation; grillage; grille; limitation; limites; palissade; restriction; treillage; treillis
afscherming bornes; grillage; limitation; limites; restriction; treillage
begrenzing bornes; grillage; limitation; limites; restriction; treillage limite
grendels barreaux; barrières; grillage; grille; treillis; verrous
hekwerk clôture; grillage; grille; palissade; treillage; treillis grille; sécrétion; séparation; treillage
latwerk grillage; grille; lattage; lattis grille; échafaudage; étagère
omheining balisage; clôture; délimitation; démarcation; grillage; grille; palissade; treillage; treillis
omrastering balisage; clôture; délimitation; démarcation; grillage; grille; palissade; treillage; treillis
raster barreaux; barrières; clôture; grillage; grille; lattage; lattis; palissade; treillage; treillis
rastering barreaux; barrières; clôture; grillage; grille; lattage; lattis; palissade; treillage; treillis
rasterwerk barreaux; barrières; clôture; grillage; grille; lattis; palissade; treillage; treillis
rooster barreaux; barrières; clôture; grillage; grille; lattis; palissade; treillage; treillis emploi du temps; gril; grille des horaires; horaire; tableau de service
spijl barreau; barreaux; grillage; grille; grilles
spijlen barrages; barreaux; barres; barrières; fermetures; grillage; grille; grilles; lattage; lattis
stijl barreau; barreaux; grillage; grille; grilles façon de vivre; style
tralie barreau; barreaux; grillage; grille; grilles
traliewerk barrages; barreaux; barres; barrières; fermetures; grillage; grille; grilles
traliën barrages; barreaux; barres; barrières; fermetures; grillage; grille; grilles
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
traliën grillager; griller; treillager
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
raster grille
rooster feuille de temps

Synoniemen voor "grillage":


Wiktionary: grillage

grillage
noun
  1. treillis de fil de fer ou de plastique à mailles plus ou moins grandes.

grillager:

grillager werkwoord (grillage, grillages, grillageons, grillagez, )

  1. grillager (griller; treillager)
    traliën
    • traliën werkwoord (tralie, traliet, traliede, tralieden, getralied)

Conjugations for grillager:

Présent
  1. grillage
  2. grillages
  3. grillage
  4. grillageons
  5. grillagez
  6. grillagent
imparfait
  1. grillageais
  2. grillageais
  3. grillageait
  4. grillagions
  5. grillagiez
  6. grillageaient
passé simple
  1. grillageai
  2. grillageas
  3. grillagea
  4. grillageâmes
  5. grillageâtes
  6. grillagèrent
futur simple
  1. grillagerai
  2. grillageras
  3. grillagera
  4. grillagerons
  5. grillagerez
  6. grillageront
subjonctif présent
  1. que je grillage
  2. que tu grillages
  3. qu'il grillage
  4. que nous grillagions
  5. que vous grillagiez
  6. qu'ils grillagent
conditionnel présent
  1. grillagerais
  2. grillagerais
  3. grillagerait
  4. grillagerions
  5. grillageriez
  6. grillageraient
passé composé
  1. ai grillagé
  2. as grillagé
  3. a grillagé
  4. avons grillagé
  5. avez grillagé
  6. ont grillagé
divers
  1. grillage!
  2. grillagez!
  3. grillageons!
  4. grillagé
  5. grillageant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor grillager:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
traliën barrages; barreaux; barres; barrières; fermetures; grillage; grille; grilles
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
traliën grillager; griller; treillager

Synoniemen voor "grillager":


Verwante vertalingen van grillage