Home ->Woordenboeken ->Frans/Nederlands ->Zoek: larmoyant

Franse en Nederlandse zoekresultaten voor: larmoyant

Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. larmoyant:
  2. larmoyer:
  3. Wiktionary:

Frans

Uitgebreide vertaling voor larmoyant (Frans) in het Nederlands

larmoyant:

larmoyant bijvoeglijk naamwoord

  1. larmoyant (pleurnicheur; d'une manière larmoyante)
    huilerig; snotterig

Vertaal Matrix voor larmoyant:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
huilerig d'une manière larmoyante; larmoyant; pleurnicheur
snotterig d'une manière larmoyante; larmoyant; pleurnicheur

Synoniemen voor "larmoyant":


Wiktionary: larmoyant

Cross Translation:
FromToVia
• larmoyant → schreierig; drenzerig; sentimenteel ↔ larmoyant — gehoben: weinerlich, rührselig, mit allzuviel Gefühl und Selbstmitleid

larmoyer:

larmoyer werkwoord (larmoie, larmoies, larmoyons, larmoyez, )

  1. larmoyer (pleurer; répandre des larmes; verser des pleurs; gémir; pleurnicher)
    huilen; wenen; janken
    • huilen werkwoord (huil, huilt, huilde, huilden, gehuild)
    • wenen werkwoord (ween, weent, weende, weenden, geweend)
    • janken werkwoord (jank, jankt, jankte, jankten, gejankt)
  2. larmoyer (pleurer; pleurnicher)
    tranen; huilen; tranen afscheiden
    • tranen werkwoord (traan, traant, traande, traanden, getraand)
    • huilen werkwoord (huil, huilt, huilde, huilden, gehuild)
    • tranen afscheiden werkwoord
  3. larmoyer (pleurnicher; sangloter)
    huilen; snotteren; snikken; grienen; janken
    • huilen werkwoord (huil, huilt, huilde, huilden, gehuild)
    • snotteren werkwoord (snotter, snottert, snotterde, snotterden, gesnotterd)
    • snikken werkwoord (snik, snikt, snikte, snikten, gesnikt)
    • grienen werkwoord (grien, grient, griende, grienden, gegriend)
    • janken werkwoord (jank, jankt, jankte, jankten, gejankt)
  4. larmoyer (pleurer; verser des larmes; gémir; )
    huilen; schreien
    • huilen werkwoord (huil, huilt, huilde, huilden, gehuild)
    • schreien werkwoord (schrei, schreit, schreide, schreiden, geschreid)
  5. larmoyer (geindre; gémir; chialer; pleurnicher; piailler)
    emmeren
  6. larmoyer (sangloter; bêler; pleurer; )
    janken; snikken
    • janken werkwoord (jank, jankt, jankte, jankten, gejankt)
    • snikken werkwoord (snik, snikt, snikte, snikten, gesnikt)

Conjugations for larmoyer:

Présent
  1. larmoie
  2. larmoies
  3. larmoie
  4. larmoyons
  5. larmoyez
  6. larmoient
imparfait
  1. larmoyais
  2. larmoyais
  3. larmoyait
  4. larmoyions
  5. larmoyiez
  6. larmoyaient
passé simple
  1. larmoyai
  2. larmoyas
  3. larmoya
  4. larmoyâmes
  5. larmoyâtes
  6. larmoyèrent
futur simple
  1. larmoierai
  2. larmoieras
  3. larmoiera
  4. larmoierons
  5. larmoierez
  6. larmoieront
subjonctif présent
  1. que je larmoie
  2. que tu larmoies
  3. qu'il larmoie
  4. que nous larmoyions
  5. que vous larmoyiez
  6. qu'ils larmoient
conditionnel présent
  1. larmoierais
  2. larmoierais
  3. larmoierait
  4. larmoierions
  5. larmoieriez
  6. larmoieraient
passé composé
  1. ai larmoyé
  2. as larmoyé
  3. a larmoyé
  4. avons larmoyé
  5. avez larmoyé
  6. ont larmoyé
divers
  1. larmoie!
  2. larmoyez!
  3. larmoyons!
  5. larmoyé
  6. larmoyant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor larmoyer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tranen larmes; pleurs
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
emmeren chialer; geindre; gémir; larmoyer; piailler; pleurnicher
grienen larmoyer; pleurnicher; sangloter
huilen chialer; geindre; glapir; gémir; larmoyer; piailler; pleurer; pleurer misère; pleurnicher; répandre des larmes; sangloter; verser des larmes; verser des pleurs beugler; brailler; chialer; criailler; crier; feuler; geindre; glapir; hurler; mugir; pleurer; pleurnicher; pousser de cris aigus; pousser des cris perçants; rugir
janken beugler; blatérer; bramer; bêler; feuler; gémir; hurler; larmoyer; pleurer; pleurnicher; répandre des larmes; sangloter; verser des pleurs beugler; brailler; chialer; criailler; crier; feuler; geindre; glapir; hurler; mugir; piailler; pleurer; pleurnicher; pousser de cris aigus; pousser des cris perçants; rugir
schreien chialer; geindre; glapir; gémir; larmoyer; piailler; pleurer; pleurer misère; pleurnicher; verser des larmes
snikken beugler; blatérer; bramer; bêler; feuler; hurler; larmoyer; pleurer; pleurnicher; sangloter
snotteren larmoyer; pleurnicher; sangloter se moucher
tranen larmoyer; pleurer; pleurnicher
tranen afscheiden larmoyer; pleurer; pleurnicher
wenen gémir; larmoyer; pleurer; pleurnicher; répandre des larmes; verser des pleurs

Synoniemen voor "larmoyer":








Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0419 seconde
Page rendered in 1.0 seconds