Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. moitié:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor moitié (Frans) in het Nederlands

moitié:

moitié [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la moitié (demi)
    de helft; de tweede
    • helft [de ~] zelfstandig naamwoord
    • tweede [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. la moitié (autre moitié; épouse; époux)
    de wederhelft

Vertaal Matrix voor moitié:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
helft demi; moitié
tweede demi; moitié
wederhelft autre moitié; moitié; épouse; époux
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tweede deuxième; second

Synoniemen voor "moitié":


Wiktionary: moitié

moitié
noun
  1. L’une des parties d’un tout diviser, partager également en deux.
moitié
noun
  1. één van twee gelijke delen

Cross Translation:
FromToVia
moitié helft half — one of two equal parts into which anything may be divided
moitié wederhelft significant other — romantic partner, regardless of marital status
moitié helft Hälfte — einer von zwei gleich großen Anteilen

Verwante vertalingen van moitié