Quasi-: vertaling Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

quasi:
- bijna; nagenoeg; schier; welhaast; haast; quasi; pseudo-; zogenaamde; kwasi; zowat; bijkans
Wiktionary:
- quasi- → quasi

Nederlands naar Frans: Meer gegevens...

quasi:
- soi-disant; quasi; pseudo-
Wiktionary:
- quasi → quasement
- quasi → quasi-

Frans

Uitgebreide vertaling voor quasi- (Frans) in het Nederlands

quasi:

quasi bijvoeglijk naamwoord

quasi (à peu près; presque; bientôt; tout de suite; pratiquement; tantôt; vite; failli; immédiat; à bref délai; immédiatement; aussitôt; prochainement; avant peu; sous peu; dans un instant; directement; quasiment; pour ainsi dire; d'ici peu; peu s'en faut)
bijna; nagenoeg; schier; welhaast; haast
- bijna bijwoord
- nagenoeg bijwoord
- schier bijwoord
- welhaast bijwoord
- haast bijwoord
quasi (soi-disant; pseudo-)
quasi; pseudo-; zogenaamde; kwasi
- quasi bijwoord
- pseudo- bijvoeglijk naamwoord
- zogenaamde bijvoeglijk naamwoord
- kwasi bijvoeglijk naamwoord
quasi (quasiment; presque; quelque)
zowat
- zowat bijwoord
quasi (quasiment; presque; à peu près; pratiquement)
bijkans
- bijkans bijwoord

Vertaal Matrix voor quasi:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
haast		empressement; hâte; précipitation
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bijkans	pratiquement; presque; quasi; quasiment; à peu près
bijna	aussitôt; avant peu; bientôt; d'ici peu; dans un instant; directement; failli; immédiat; immédiatement; peu s'en faut; pour ainsi dire; pratiquement; presque; prochainement; quasi; quasiment; sous peu; tantôt; tout de suite; vite; à bref délai; à peu près
haast	aussitôt; avant peu; bientôt; d'ici peu; dans un instant; directement; failli; immédiat; immédiatement; peu s'en faut; pour ainsi dire; pratiquement; presque; prochainement; quasi; quasiment; sous peu; tantôt; tout de suite; vite; à bref délai; à peu près
nagenoeg	aussitôt; avant peu; bientôt; d'ici peu; dans un instant; directement; failli; immédiat; immédiatement; peu s'en faut; pour ainsi dire; pratiquement; presque; prochainement; quasi; quasiment; sous peu; tantôt; tout de suite; vite; à bref délai; à peu près
quasi	pseudo-; quasi; soi-disant
schier	aussitôt; avant peu; bientôt; d'ici peu; dans un instant; directement; failli; immédiat; immédiatement; peu s'en faut; pour ainsi dire; pratiquement; presque; prochainement; quasi; quasiment; sous peu; tantôt; tout de suite; vite; à bref délai; à peu près
welhaast	aussitôt; avant peu; bientôt; d'ici peu; dans un instant; directement; failli; immédiat; immédiatement; peu s'en faut; pour ainsi dire; pratiquement; presque; prochainement; quasi; quasiment; sous peu; tantôt; tout de suite; vite; à bref délai; à peu près
zowat	presque; quasi; quasiment; quelque
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kwasi	pseudo-; quasi; soi-disant
pseudo-	pseudo-; quasi; soi-disant
zogenaamde	pseudo-; quasi; soi-disant

Synoniemen voor "quasi":

presque; approximativement; quasiment; environ; comme; à peu près; pour ainsi dire

Wiktionary: quasi-

quasi-

-
- quasi- → quasi

Verwante vertalingen van quasi-

m²
quasi

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor quasi- (Nederlands) in het Frans

quasi:

quasi bijwoord

quasi (zogenaamde; pseudo-; kwasi)
soi-disant; quasi; pseudo-
- soi-disant bijvoeglijk naamwoord
- quasi bijvoeglijk naamwoord
- pseudo- bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor quasi:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	zogenaamd
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
pseudo-	kwasi; pseudo-; quasi; zogenaamde
quasi	kwasi; pseudo-; quasi; zogenaamde	bijkans; bijna; haast; nagenoeg; schier; welhaast; zowat
soi-disant	kwasi; pseudo-; quasi; zogenaamde	gewaand; vermeend; verondersteld; wat men noemt

Synoniemen voor "quasi":

zogenaamd

Verwante definities voor "quasi":

terwijl je doet alsof¹
- ze deed quasi vrolijk¹

Wiktionary: quasi

quasi

adverb

in schijn
- quasi → quasement

quasi

-
- quasi- → quasi

Verwante vertalingen van quasi-

quasi

Franse en Nederlandse zoekresultaten voor: quasi-

Uitgebreide vertaling voor quasi- (Frans) in het Nederlands

quasi:

quasi bijvoeglijk naamwoord

quasi (à peu près; presque; bientôt; tout de suite; pratiquement; tantôt; vite; failli; immédiat; à bref délai; immédiatement; aussitôt; prochainement; avant peu; sous peu; dans un instant; directement; quasiment; pour ainsi dire; d'ici peu; peu s'en faut)

quasi (soi-disant; pseudo-)

quasi (quasiment; presque; quelque)

quasi (quasiment; presque; à peu près; pratiquement)

Vertaal Matrix voor quasi:

Synoniemen voor "quasi":

Wiktionary: quasi-

Verwante vertalingen van quasi-

Uitgebreide vertaling voor quasi- (Nederlands) in het Frans

quasi:

quasi bijwoord

quasi (zogenaamde; pseudo-; kwasi)

Vertaal Matrix voor quasi:

Synoniemen voor "quasi":

Verwante definities voor "quasi":

Wiktionary: quasi

Verwante vertalingen van quasi-