Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. revêtement:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor revêtement (Frans) in het Nederlands

revêtement:

revêtement [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le revêtement (garnissement; tapisserie; garniture; tapisseries)
    de bekleding; de stoffering; stoffeerderij
  2. le revêtement (lambris; boiserie; boisage; )
    de lambrisering; het beschot

Vertaal Matrix voor revêtement:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bekleding garnissement; garniture; revêtement; tapisserie; tapisseries
beschot boisage; boiserie; décoration en bois; lambris; lambrissage; lattage; revêtement cloison; mur mitoyen; paroi; séparation
lambrisering boisage; boiserie; décoration en bois; lambris; lambrissage; lattage; revêtement boisage; boiserie; décoration en bois; lambris; lambrissage
stoffeerderij garnissement; garniture; revêtement; tapisserie; tapisseries
stoffering garnissement; garniture; revêtement; tapisserie; tapisseries

Synoniemen voor "revêtement":


Wiktionary: revêtement

revêtement
noun
  1. Sorte de plaquage de plâtre
  2. Ouvrage de pierre
  3. Pour recouvrir une voie
revêtement
noun
  1. een laag stof ter versiering en berscherming aangebracht op een hard oppervlak of een meubelstuk

Cross Translation:
FromToVia
revêtement wegdek pavement — surface of road

Verwante vertalingen van revêtement