Frans

Uitgebreide vertaling voor tourment (Frans) in het Nederlands

tourment:

tourment

  1. tourment

tourment [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le tourment (calvaire; châtiment)
    de kwelling; de ergernis; de beproeving; de grief; de bezoeking; de nood; de temptatie
    • kwelling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • ergernis [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • beproeving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • grief [de ~] zelfstandig naamwoord
    • bezoeking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • nood [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • temptatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. le tourment (martyre; torture; supplice)
    de marteling; de pijniging; de foltering
  3. le tourment (chagrin; tristesse; ennui)
    het verdriet; de droefenis; de treurnis
    • verdriet [het ~] zelfstandig naamwoord
    • droefenis [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • treurnis [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  4. le tourment (souci; inquiétude; préoccupation; )
    de bezorgdheid; de zorg; de verontrusting; de bekommernis; de ongerustheid; de kommer

Vertaal Matrix voor tourment:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bekommernis chagrin; inquiétude; malheur; peine; préoccupation; souci; soucis; souffrance; tourment; tristesse
beproeving calvaire; châtiment; tourment rude épreuve; épreuve
bezoeking calvaire; châtiment; tourment
bezorgdheid chagrin; inquiétude; malheur; peine; préoccupation; souci; soucis; souffrance; tourment; tristesse
droefenis chagrin; ennui; tourment; tristesse affliction; désolation; détresse; mélancolie; tristesse
ergernis calvaire; châtiment; tourment affliction; agacement; chagrin; chiffonnement; contrariété; douleur; déplaisir; dérangement; embarras; ennui; gêne; inconvénient; irritation; mal; malheur; maussaderie; mécontentement; peine; rancoeur; souffrance; tristesse; énervement
foltering martyre; supplice; torture; tourment torture
grief calvaire; châtiment; tourment gémissement; lamentation; mal; maladie; offense; peine; plainte; réclamation; supplice; tenaillement
kommer chagrin; inquiétude; malheur; peine; préoccupation; souci; soucis; souffrance; tourment; tristesse malheur; misère; tristesse
kwelling calvaire; châtiment; tourment supplice; tenaillement
marteling martyre; supplice; torture; tourment
nood calvaire; châtiment; tourment adversité; besoin; crise; dénuement; détresse; indigence; misère; moment critique; nécessité; pauvreté; précarité; supplice; tenaillement; état d'alerte; état d'urgence
ongerustheid chagrin; inquiétude; malheur; peine; préoccupation; souci; soucis; souffrance; tourment; tristesse
pijniging martyre; supplice; torture; tourment
temptatie calvaire; châtiment; tourment attraction; charme; enchantement; ensorcellement; envoûtement; ravissement; séduction; tentation
treurnis chagrin; ennui; tourment; tristesse désespérance; morosité; mélancolie; tristesse
verdriet chagrin; ennui; tourment; tristesse affliction; chagrin; douleur; ennui; malheur; peine; souffrance; tristesse
verontrusting chagrin; inquiétude; malheur; peine; préoccupation; souci; soucis; souffrance; tourment; tristesse
zorg chagrin; inquiétude; malheur; peine; préoccupation; souci; soucis; souffrance; tourment; tristesse assistance; contrôle; garde; gestion; hospitalisation; soins; soins médicaux; supervision; surveillance
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
kwelling tourment

Synoniemen voor "tourment":


Wiktionary: tourment


Cross Translation:
FromToVia
tourment kwelling torment — extreme pain

tourmenté:

tourmenté bijvoeglijk naamwoord

  1. tourmenté (pessimiste; peiné; inquiet; torturé)
    piekerig; tobberig; zwaartillend

tourmenté [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le tourmenté (anxieux; pessimiste)
    tobber; de piekeraar
    • tobber [znw.] zelfstandig naamwoord
    • piekeraar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tourmenté:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
piekeraar anxieux; pessimiste; tourmenté
tobber anxieux; pessimiste; tourmenté
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
piekerig inquiet; peiné; pessimiste; torturé; tourmenté effilé; fluet; maigre; mince; élancé
tobberig inquiet; peiné; pessimiste; torturé; tourmenté
zwaartillend inquiet; peiné; pessimiste; torturé; tourmenté

Synoniemen voor "tourmenté":