Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. voleur:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor voleur (Frans) in het Nederlands

voleur:

voleur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le voleur (brigand; cambrioleur)
    de dief; de rover
    • dief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • rover [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. le voleur (brigand; filou; voleur de caisse)
    de dief; de ladelichter
    • dief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • ladelichter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. le voleur (monte-en-l'air)
    de inbreker; de geveltoerist; de binnendringer; de dief
  4. le voleur (agresseur; attaquant; brigand; bandit; pillard)
    de aanvaller; de overvaller
  5. le voleur (voleur de grand chemin; brigand; bandit)
    de rover; de struikrover
    • rover [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • struikrover [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor voleur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanvaller agresseur; attaquant; bandit; brigand; pillard; voleur agresseur; assaillant; attaquant; avant; avant de pointe
binnendringer monte-en-l'air; voleur infiltrant; intrus
dief brigand; cambrioleur; filou; monte-en-l'air; voleur; voleur de caisse
geveltoerist monte-en-l'air; voleur
inbreker monte-en-l'air; voleur
ladelichter brigand; filou; voleur; voleur de caisse
overvaller agresseur; attaquant; bandit; brigand; pillard; voleur
rover bandit; brigand; cambrioleur; voleur; voleur de grand chemin
struikrover bandit; brigand; voleur; voleur de grand chemin

Synoniemen voor "voleur":


Wiktionary: voleur

voleur
noun
  1. Personne qui effectue un vol
voleur
noun
  1. iemand (persoon of dier) die iets stelen

Cross Translation:
FromToVia
voleur dief; dievegge thief — one who carries out theft

Verwante vertalingen van voleur



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor voleur (Nederlands) in het Frans