Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. bâtiments:


Frans

Uitgebreide vertaling voor bâtiments (Frans) in het Nederlands

bâtiments:

bâtiments [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le bâtiments (constructions; édifices; bâtisses)
    de gebouwen; de bouwwerken; de panden
    • gebouwen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • bouwwerken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • panden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor bâtiments:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bouwwerken bâtiments; bâtisses; constructions; édifices bâtisses; constructions; édifices
gebouwen bâtiments; bâtisses; constructions; édifices
panden bâtiments; bâtisses; constructions; édifices
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
panden engager; mette au mont-de-piété

Verwante vertalingen van bâtiments