Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. baie:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor baie (Frans) in het Nederlands

baie:

baie [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la baie (groseille)
    de bes
    • bes [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. la baie (golfe)
    de inham; de baai
    • inham [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • baai [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. la baie (embrasure; brèche)
    de opening; de deuropening

Vertaal Matrix voor baie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
baai baie; golfe
bes baie; groseille
deuropening baie; brèche; embrasure
inham baie; golfe
opening baie; brèche; embrasure amorce; blanc; brèche; cannelure; carrière; commencement; coupe-feu; creux; crevasse; début; décollage; démarrage; départ; encoche; entaille; entrebâillement; espace; fente; fissure; fossé; gorge; gouffre; interligne; intervalle; origine; ouverture; pare-feu; pause; précipice; rainure; ravin; sillon; tranchée; trou; trouée

Synoniemen voor "baie":


Wiktionary: baie

baie
noun
  1. Fruit charnu
  2. Petit golfe marin
baie
noun
  1. een landinwaartse uitstulping van een zee of oceaan
  2. een brede baai aan de kustlijn

Cross Translation:
FromToVia
baie baai bay — body of water
baie bes berry — small fruit
baie bes Beere — kleine Frucht mit süß(lich)em Fruchtfleisch und ohne Steinkern
baie bocht; baai BuchtGeografie: eine Gewässerfläche innerhalb einer Einbiegung, Einwärtsbiegung von Küstenlinie und Uferlinien, innerhalb einer dreiseitigen Begrenzung durch Land

Verwante vertalingen van baie