Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. bandage:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor bandage (Frans) in het Nederlands

bandage:

bandage [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le bandage (ruban; bandeau; cordon; serre-tête; reliure)
    het lint; het haarlint; de haarband
    • lint [het ~] zelfstandig naamwoord
    • haarlint [het ~] zelfstandig naamwoord
    • haarband [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. le bandage (compresse de gaze; gaze à pansements; pansement)
    het verband; het verbandgaas
  3. le bandage (bande Velpeau)
    de zwachtel
    • zwachtel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. le bandage (pansement; bande Velpeau; bande)
    het verband; zwachteling
  5. le bandage
    het windsel
    • windsel [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bandage:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
haarband bandage; bandeau; cordon; reliure; ruban; serre-tête
haarlint bandage; bandeau; cordon; reliure; ruban; serre-tête
lint bandage; bandeau; cordon; reliure; ruban; serre-tête cordon de police; ruban
verband bandage; bande; bande Velpeau; compresse de gaze; gaze à pansements; pansement affinité; analogie; chaînon; cohérence; cohésion; connexion; consistance; corrélation; interaction; liaison; lien; parenté; rapport; relation; réciprocité
verbandgaas bandage; compresse de gaze; gaze à pansements; pansement
windsel bandage
zwachtel bandage; bande Velpeau
zwachteling bandage; bande; bande Velpeau; pansement

Synoniemen voor "bandage":


Wiktionary: bandage


Cross Translation:
FromToVia
bandage verband bandage — medical binding

Verwante vertalingen van bandage