Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. dévancer:


Frans

Uitgebreide vertaling voor dévancer (Frans) in het Nederlands

dévancer:

dévancer werkwoord

  1. dévancer (surpasser; dépasser; surenchérir; l'emporter sur)
    overtreffen; voorbijstreven
    • overtreffen werkwoord (overtref, overtreft, overtrof, overtroffen, overtroffen)
    • voorbijstreven werkwoord (streef voorbij, streeft voorbij, streefde voorbij, streefden voorbij, voorbij gestreefd)
  2. dévancer (dépasser; surpasser; l'emporter sur)
    overtreffen
    • overtreffen werkwoord (overtref, overtreft, overtrof, overtroffen, overtroffen)

Vertaal Matrix voor dévancer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
overtreffen fait de l'emporter sur
voorbijstreven dépassement
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
overtreffen dépasser; dévancer; l'emporter sur; surenchérir; surpasser briller; exceller
voorbijstreven dépasser; dévancer; l'emporter sur; surenchérir; surpasser