Frans

Uitgebreide vertaling voor dévot (Frans) in het Nederlands

dévot:

dévot bijvoeglijk naamwoord

  1. dévot (pieux; religieux; pieusement)
    devoot; godsvruchtig; vroom
  2. dévot (spirituel; religieux; croyant; )
    geestelijk; religieus; gelovig; kerkelijk; vroom; godvruchtig; godsdienstig
  3. dévot (dévotement; religieux; religieusement; )
    religieus; godsdienstig; vroom
  4. dévot (crédule; naïf; naïvement; )
    naïef; goedgelovig
  5. dévot (religieux; dévotement)
    godvrezend

dévot [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le dévot (religieux; dévote)
    godsdienstige; de vrome; godvruchtige

Vertaal Matrix voor dévot:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
godsdienstige dévot; dévote; religieux
godvruchtige dévot; dévote; religieux
vrome dévot; dévote; religieux
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
devoot dévot; pieusement; pieux; religieux
geestelijk consacré; croyant; de l'église; dévot; dévotement; ecclésiastique; fidèle; pieusement; pieux; religieusement; religieux; spirituel immatériel; immatérielle; impalpable; insaisissable; intangible; mental; mentalement; psychique; psychologique; spirituel
gelovig consacré; croyant; de l'église; dévot; dévotement; ecclésiastique; fidèle; pieusement; pieux; religieusement; religieux; spirituel
godsdienstig consacré; croyant; de l'église; dévot; dévotement; ecclésiastique; fidèle; pieusement; pieux; religieusement; religieux; spirituel
godvrezend dévot; dévotement; religieux
goedgelovig croyant; crédule; dévot; fidèle; naïf; naïvement; pieusement; pieux; religieusement; religieux; trop confiant
kerkelijk consacré; croyant; de l'église; dévot; dévotement; ecclésiastique; fidèle; pieusement; pieux; religieusement; religieux; spirituel pratiquant
naïef croyant; crédule; dévot; fidèle; naïf; naïvement; pieusement; pieux; religieusement; religieux; trop confiant bête; candide; crédule; infantile; ingénu; ingénument; naïf; naïvement; sans artifice; trop confiant
religieus consacré; croyant; de l'église; dévot; dévotement; ecclésiastique; fidèle; pieusement; pieux; religieusement; religieux; spirituel
vroom consacré; croyant; de l'église; dévot; dévotement; ecclésiastique; fidèle; pieusement; pieux; religieusement; religieux; spirituel
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
godsvruchtig dévot; pieusement; pieux; religieux
godvruchtig consacré; croyant; de l'église; dévot; dévotement; ecclésiastique; fidèle; pieusement; pieux; religieusement; religieux; spirituel

Synoniemen voor "dévot":


Verwante vertalingen van dévot