Dévotion in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

dévotion:
- godzaligheid; aanbidding; gelovigheid; godsvrucht; godvrezendheid; vroomheid; godvruchtigheid; godsdienstigheid
Wiktionary:
- dévotion → devotie

Frans

Uitgebreide vertaling voor dévotion (Frans) in het Nederlands

la dévotion (onction; piété)
de godzaligheid
- godzaligheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la dévotion (adoration; vénération)
de aanbidding
- aanbidding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la dévotion (dévotion à Dieu; fidélité; foi; piété; religiosité)
de gelovigheid
- gelovigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la dévotion (piété; fidélité; foi; religiosité; crainte de Dieu)
de godsvrucht; godvrezendheid; de vroomheid; de godvruchtigheid
- godsvrucht [de ~] zelfstandig naamwoord
- godvrezendheid [znw.] zelfstandig naamwoord
- vroomheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- godvruchtigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la dévotion (piété; religiosité)
de vroomheid; de godvruchtigheid; godvrezendheid; de godsdienstigheid
- vroomheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- godvruchtigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- godvrezendheid [znw.] zelfstandig naamwoord
- godsdienstigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aanbidding	adoration; dévotion; vénération
gelovigheid	dévotion; dévotion à Dieu; fidélité; foi; piété; religiosité
godsdienstigheid	dévotion; piété; religiosité
godsvrucht	crainte de Dieu; dévotion; fidélité; foi; piété; religiosité
godvrezendheid	crainte de Dieu; dévotion; fidélité; foi; piété; religiosité
godvruchtigheid	crainte de Dieu; dévotion; fidélité; foi; piété; religiosité
godzaligheid	dévotion; onction; piété
vroomheid	crainte de Dieu; dévotion; fidélité; foi; piété; religiosité

dévotion

noun

een bijzondere verering voor een bepaalde persoon of een heilige
- devotie → dévotion