Donner un coup de ciseaux in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

donner un coup de ciseaux:
- knippen; couperen; afknippen; kort maken; kort knippen; korten

Frans

Uitgebreide vertaling voor donner un coup de ciseaux (Frans) in het Nederlands

donner un coup de ciseaux (couper; cisailler; tailler; découper)
knippen; couperen; afknippen
- knippen werkwoord (knip, knipt, knipte, knipten, geknipt)
- couperen werkwoord (coupeer, coupeert, coupeerde, coupeerden, gecoupeerd)
- afknippen werkwoord (knip af, knipt af, knipte af, knipten af, afgeknipt)
donner un coup de ciseaux (tailler; couper; découper; raccourcir)
kort maken; kort knippen; korten
- kort maken werkwoord (maak 't kort, maakt 't kort, maakte 't kort, maakten 't kort, 't kort gemaakt)
- kort knippen werkwoord
- korten werkwoord (kort, kortte, kortten, gekort)

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afknippen		coupage
couperen		coupage
knippen		fermoirs de bourse
korten		diminution; élagage
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afknippen	cisailler; couper; donner un coup de ciseaux; découper; tailler
couperen	cisailler; couper; donner un coup de ciseaux; découper; tailler
knippen	cisailler; couper; donner un coup de ciseaux; découper; tailler	coiffer; couper; découper; tailler
kort knippen	couper; donner un coup de ciseaux; découper; raccourcir; tailler
kort maken	couper; donner un coup de ciseaux; découper; raccourcir; tailler	raccourcir
korten	couper; donner un coup de ciseaux; découper; raccourcir; tailler	abréger; amoindrir; baisser; diminuer; diminuer ses dépenses; raccourcir; réduire; résumer; se garder de; se restreindre; économiser; écourter; épargner