Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. empoisonnement:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor empoisonnement (Frans) in het Nederlands

empoisonnement:

empoisonnement [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'empoisonnement (contamination; infection; intoxication)
    de besmetting; besmetten; aansteken
  2. l'empoisonnement (intoxication)
    de vergiftiging; infecteren; de verpesting

Vertaal Matrix voor empoisonnement:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aansteken contamination; empoisonnement; infection; intoxication
besmetten contamination; empoisonnement; infection; intoxication
besmetting contamination; empoisonnement; infection; intoxication
infecteren empoisonnement; intoxication infecter
vergiftiging empoisonnement; intoxication
verpesting empoisonnement; intoxication
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aansteken allumer; allumer une cigarette; communiquer; contaminer; faire brûler; faire du feu; flamber; frotter; infecter; intoxiquer; mettre feu à; mettre le feu à; s'enflammer; souiller; transmettre
besmetten communiquer; contaminer; infecter; intoxiquer; souiller; transmettre
infecteren contaminer; empoisonner; infecter; intoxiquer; souiller

Synoniemen voor "empoisonnement":


Wiktionary: empoisonnement

empoisonnement
noun
  1. Action d’empoisonner ou résultat de cette action.

Cross Translation:
FromToVia
empoisonnement vergiftiging poisoning — administration of a poison

Verwante vertalingen van empoisonnement