Frans

Uitgebreide vertaling voor entrée (Frans) in het Nederlands

entrée:

entrée [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'entrée
    het voorgerecht
  2. l'entrée
    de invaart
    • invaart [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. l'entrée
    de vermelding
  4. l'entrée
    de invoer
    • invoer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  5. l'entrée (accès; admission; porte)
    de toegang; de entree; de ingang; de inlaat
    • toegang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • entree [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • ingang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • inlaat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  6. l'entrée (porte; accès)
    de deur
    • deur [de ~] zelfstandig naamwoord
  7. l'entrée (arrivée; venue; entrées)
    de entree; de binnenkomst; de intrede; de intocht
    • entree [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • binnenkomst [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • intrede [de ~] zelfstandig naamwoord
    • intocht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  8. l'entrée (seuil)
    de drempel; de dorpel
    • drempel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • dorpel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  9. l'entrée (arrivée; venue)
    de aankomst; de komst
    • aankomst [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • komst [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  10. l'entrée (arrivé)
    de binnenkomst; de aankomst
  11. l'entrée (hall)
    de hal; de entreehal
    • hal [de ~] zelfstandig naamwoord
    • entreehal [de ~] zelfstandig naamwoord
  12. l'entrée (hall)
    de tussenkamer
  13. l'entrée (importation)
    de invoer; de import
    • invoer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • import [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  14. l'entrée (arrivée)
    de inkomst
    • inkomst [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  15. l'entrée (voie d'entrée; montée; accès; )
    de oprijlaan; de oprit; de inrit
    • oprijlaan [de ~] zelfstandig naamwoord
    • oprit [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • inrit [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  16. l'entrée (accueil; salon; foyer; )
    de salon; receptiekamer; de hal; de ontvangstruimte
  17. l'entrée (fait de monter dans)
    instappen
  18. l'entrée (Salle des Chevaliers; halle; vestibule; )
    de ridderzaal; de hal
    • ridderzaal [de ~] zelfstandig naamwoord
    • hal [de ~] zelfstandig naamwoord
  19. l'entrée (pénétration; intrusion; incursion; pénétrabilité)
    binnengaan
  20. l'entrée (véranda; porche; carré; )
    de portiek
    • portiek [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  21. l'entrée (portail)
    narthex; de voorhal
    • narthex [znw.] zelfstandig naamwoord
    • voorhal [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor entrée:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aankomst arrivé; arrivée; entrée; venue
binnengaan entrée; incursion; intrusion; pénétrabilité; pénétration
binnenkomst arrivé; arrivée; entrée; entrées; venue
deur accès; entrée; porte
dorpel entrée; seuil
drempel entrée; seuil
entree accès; admission; arrivée; entrée; entrées; porte; venue admission; prix d'entrée; vestibule
entreehal entrée; hall
hal Salle des Chevaliers; accueil; entrée; foyer; grande salle; hall; halle; pièce de réception; réception; salle d'honneur; salon; vestibule halle; halle au poisson; palier; passage; poissonnerie; vestibule
import entrée; importation
ingang accès; admission; entrée; porte handle
inkomst arrivée; entrée
inlaat accès; admission; entrée; porte
inrit accès; allée; entrée; montée; rampe; voie d'accès; voie d'entrée
instappen entrée; fait de monter dans
intocht arrivée; entrée; entrées; venue
intrede arrivée; entrée; entrées; venue
invaart entrée
invoer entrée; importation importation
komst arrivée; entrée; venue arrivée; avènement; venue
narthex entrée; portail
ontvangstruimte accueil; entrée; foyer; grande salle; hall; halle; pièce de réception; réception; salon
oprijlaan accès; allée; entrée; montée; rampe; voie d'accès; voie d'entrée
oprit accès; allée; entrée; montée; rampe; voie d'accès; voie d'entrée
portiek carré; entrée; hall; palier; porche; portail; portique; véranda
receptiekamer accueil; entrée; foyer; grande salle; hall; halle; pièce de réception; réception; salon
ridderzaal Salle des Chevaliers; entrée; grande salle; hall; halle; salle d'honneur; vestibule
salon accueil; entrée; foyer; grande salle; hall; halle; pièce de réception; réception; salon accueil; réception; salle d'attente; salon; suite
toegang accès; admission; entrée; porte accès
tussenkamer entrée; hall
vermelding entrée annonce; appel; avis; communication; envoi; information; mention; message; notice; nouvelle; publication; renvoi
voorgerecht entrée
voorhal entrée; portail
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
binnengaan entrer; entrer dans; entrer en vigueur; pénétrer; pénétrer dans; rentrer
instappen entrer dans; monter en voiture; monter à bord d'un avion

Synoniemen voor "entrée":


Wiktionary: entrée

entrée
noun
  1. endroit par où l’on entrer dans un lieu.
entrée
noun
  1. een opening waar iets doorheen kan
  2. het eerste woord van een artikel in een woordenboek of encyclopedie
  3. een woordenboekartikel
  4. het deelnemen aan iets, lid worden
  5. een titelwoord van een stuk tekst in een catalogus, woordenboek of encyclopedie
  6. eerste, meestal lichte gang van een maaltijd

Cross Translation:
FromToVia
entrée benadering access — act of approaching or entering
entrée bittergarnituur; borrelhapjes appetizer — small, light first course
entrée ingang entrance — The place of entering, as a gate or doorway
entrée toegang entry — permission to enter
entrée invoer entry — act of entering
entrée ingang entry — doorway that provides a means of entering a building
entrée entree entry — room
entrée invoer input — something fed into a process
entrée ingang; ontvangst; binnenkomen; inkomen EingangÖffnung zum Betreten eines begrenzten Bereiches, z. B. eines Gebäudes
entrée intrede Eintritt — das Eintreten in eine Organisation (Partei, Verein, Gemeinschaft etc.) als Mitglied
entrée intrede Eintritt — der Akt des Eintretens in ein Gebäude oder einen Raum
entrée entrée EintrittGebühr für das betreten einer zahlungspflichtigen Veranstaltung
entrée entrée Eintritt — der Eingangsteil eines Tanzes, Ballettes, eines Essens oder eines anderen Ereignisses

Verwante vertalingen van entrée