Frans

Uitgebreide vertaling voor furie (Frans) in het Nederlands

furie:

furie [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la furie (virago; chienne; sorcière; )
    de teef; het viswijf; de helleveeg; de haaibaai; de loeder; de heks; de feeks
    • teef [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • viswijf [het ~] zelfstandig naamwoord
    • helleveeg [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • haaibaai [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • loeder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • heks [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • feeks [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. la furie (fureur)
    de furie; de razernij; de dolheid
    • furie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • razernij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • dolheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. la furie (fureur; folie; délire; )
    de woede; de toorn; de giftigheid; de kwaadheid; de razernij
    • woede [de ~] zelfstandig naamwoord
    • toorn [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • giftigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • kwaadheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • razernij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  4. la furie (férocité; sauvagerie)
    de wildheid; de woestheid
    • wildheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • woestheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor furie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dolheid fureur; furie
feeks charogne; chienne; chipie; dragon; furie; gendarme; mégère; sorcière; tarte; vache; vipère; virago
furie fureur; furie
giftigheid courroux; délire; folie; frénésie; fureur; furie; rage; virulence bassesse; courroux; délire; malignité; malveillance; méchanceté; perfidie; poison; toxique; venimosité; venin; vilenie; virulence
haaibaai charogne; chienne; chipie; dragon; furie; gendarme; mégère; sorcière; tarte; vache; vipère; virago
heks charogne; chienne; chipie; dragon; furie; gendarme; mégère; sorcière; tarte; vache; vipère; virago sorcière
helleveeg charogne; chienne; chipie; dragon; furie; gendarme; mégère; sorcière; tarte; vache; vipère; virago
kwaadheid courroux; délire; folie; frénésie; fureur; furie; rage; virulence
loeder charogne; chienne; chipie; dragon; furie; gendarme; mégère; sorcière; tarte; vache; vipère; virago canaille; charogne; con; conasse; crapule; fils de garce; idiot; mufle; raté; salope; vache
razernij courroux; délire; folie; frénésie; fureur; furie; rage; virulence
teef charogne; chienne; chipie; dragon; furie; gendarme; mégère; sorcière; tarte; vache; vipère; virago chienne
toorn courroux; délire; folie; frénésie; fureur; furie; rage; virulence
viswijf charogne; chienne; chipie; dragon; furie; gendarme; mégère; sorcière; tarte; vache; vipère; virago
wildheid furie; férocité; sauvagerie
woede courroux; délire; folie; frénésie; fureur; furie; rage; virulence
woestheid furie; férocité; sauvagerie

Synoniemen voor "furie":


Wiktionary: furie


Cross Translation:
FromToVia
furie furie; razernij; toorn rage — a violent anger
furie viswijf; helleveeg; kreng scold — person fond of abusive language, particularly a woman