Frans

Uitgebreide vertaling voor raccourcissement (Frans) in het Nederlands

raccourcissement:

raccourcissement [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le raccourcissement (diminution)
    prijsvermindering; de reductie; de korting
  2. le raccourcissement (réduction)
    de inname; de inkorting
    • inname [de ~] zelfstandig naamwoord
    • inkorting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. le raccourcissement (réduction)
    verkrappen
  4. le raccourcissement (abrègement)
    inkorten; verkorten; bekorten; korter maken
  5. le raccourcissement (limitation; diminution; réduction; restriction)
    de inperking

Vertaal Matrix voor raccourcissement:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bekorten abrègement; raccourcissement
inkorten abrègement; raccourcissement
inkorting raccourcissement; réduction
inname raccourcissement; réduction
inperking diminution; limitation; raccourcissement; restriction; réduction
korter maken abrègement; raccourcissement
korting diminution; raccourcissement rabais; remise; réduction
prijsvermindering diminution; raccourcissement
reductie diminution; raccourcissement rabais; remise; réduction
verkorten abrègement; raccourcissement
verkrappen raccourcissement; réduction
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bekorten abréger; diminuer; raccourcir; réduire; écourter
inkorten abréger; diminuer; raccourcir; réduire; résumer; écourter
korter maken diminuer; raccourcir; réduire; écourter
verkorten amenuiser; amoindrir; baisser; diminuer; décroître; défaillir; raccourcir; réduire; écourter
verkrappen rendre étroit

Synoniemen voor "raccourcissement":