Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor riche (Frans) in het Nederlands

riche:

riche bijvoeglijk naamwoord

  1. riche (richement; florissant; fortuné; )
    rijk; vermogend; gefortuneerd
  2. riche (aisé; fortuné)
    welgesteld; in goeden doen
  3. riche (fortuné; aisé)
    gegoed
    • gegoed bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor riche:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rijk Etat; autorités; circonstance; condition; empire; nation; peuple; royaume; situation; état
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gefortuneerd abondant; florissant; fortuné; prospère; puissant; riche; richement
gegoed aisé; fortuné; riche
rijk abondant; florissant; fortuné; prospère; puissant; riche; richement
vermogend abondant; florissant; fortuné; prospère; puissant; riche; richement
welgesteld aisé; fortuné; riche abondant; aisé; bien portant; en bonne condition; en bonne santé; en forme; florissant; fortuné; nanti; prospère
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
in goeden doen aisé; fortuné; riche

Synoniemen voor "riche":


Wiktionary: riche

riche
adjective
  1. qui a beaucoup de fortune
riche
adjective
  1. veel geld en/of eigendommen hebbend

Cross Translation:
FromToVia
riche welgesteld affluent — abounding in goods or riches; materially wealthy
riche rijk; gefortuneerd; vermogend flush — wealthy or well off
riche rijk rich — having wealth
riche rijk; welvarend well-heeled — rich; affluent
riche welgesteld well-to-do — rich
riche rijk reich — viele Güter oder Geldmittel besitzend

Verwante vertalingen van riche