Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. se soûler:


Frans

Uitgebreide vertaling voor se soûler (Frans) in het Nederlands

se soûler:

se soûler werkwoord

  1. se soûler (chopiner; boire; boire avec excès; avaler)
    drinken; zuipen; borrelen
    • drinken werkwoord (drink, drinkt, dronk, dronken, gedronken)
    • zuipen werkwoord (zuip, zuipt, zoop, zopen, gezopen)
    • borrelen werkwoord (borrel, borrelt, borrelde, borrelden, geborreld)
  2. se soûler (s'enivrer; se griser)
    bedrinken
    • bedrinken werkwoord (bedrink, bedrinkt, bedronk, bedronken, bedronken)

Vertaal Matrix voor se soûler:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borrelen bouillonnement; heure de l'apéritif
drinken fait de boire
zuipen fait de se soûler; soûlerie
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedrinken s'enivrer; se griser; se soûler
borrelen avaler; boire; boire avec excès; chopiner; se soûler boire; boire un coup; boire un verre; jaillir; prendre l'apéritif; prendre l'apéro; prendre un verre; sourdre
drinken avaler; boire; boire avec excès; chopiner; se soûler boire de l'alcool; consommer de l'alcool; prendre de l'alcool
zuipen avaler; boire; boire avec excès; chopiner; se soûler

Verwante vertalingen van se soûler