Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. sermon:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor sermon (Frans) in het Nederlands

sermon:

sermon [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le sermon
    het sermoen
    • sermoen [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. le sermon (prêche; remontrance)
    de preek
    • preek [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor sermon:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
preek prêche; remontrance; sermon
sermoen sermon

Synoniemen voor "sermon":


Wiktionary: sermon

sermon
noun
  1. (religion) prédication, discours chrétien, qui est prononcer du haut de la chaire, dans une église, pour instruire et pour exhorter les fidèles.

Cross Translation:
FromToVia
sermon preek harangue — tirade
sermon preek sermon — religious discourse
sermon preek Predigtreligiöse Ansprache durch einen Prediger an die Gläubiger

Verwante vertalingen van sermon