Frans

Uitgebreide vertaling voor songeur (Frans) in het Nederlands

songeur:

songeur bijvoeglijk naamwoord

  1. songeur (être absorbé dans ses pensées; méditatif; rêveur; pensif)
    nadenkend; in gedachten verzonken; mijmerend; peinzend
  2. songeur (rêveur)
    dromerig; geneigd te dromen

songeur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le songeur (rêveur; utopiste; fabulateur)
    de utopist; de dromer; de fantast
    • utopist [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • dromer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • fantast [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. le songeur (rêveur)
    de mijmeraar

Vertaal Matrix voor songeur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dromer fabulateur; rêveur; songeur; utopiste
fantast fabulateur; rêveur; songeur; utopiste
mijmeraar rêveur; songeur
utopist fabulateur; rêveur; songeur; utopiste
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dromerig rêveur; songeur rêveur; somnolent
nadenkend méditatif; pensif; rêveur; songeur; être absorbé dans ses pensées intelligemment; intelligent; malin; raisonnable; raisonnablement; sage; sagement; sensé; sensément
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geneigd te dromen rêveur; songeur
in gedachten verzonken méditatif; pensif; rêveur; songeur; être absorbé dans ses pensées
mijmerend méditatif; pensif; rêveur; songeur; être absorbé dans ses pensées rêveur; somnolent
peinzend méditatif; pensif; rêveur; songeur; être absorbé dans ses pensées

Synoniemen voor "songeur":