Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. tabouret:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor tabouret (Frans) in het Nederlands

tabouret:

tabouret [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le tabouret (escabeau)
    de kruk; het pianokrukje; de poef; het krukje; de taboeret
    • kruk [de ~] zelfstandig naamwoord
    • pianokrukje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • poef [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • krukje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • taboeret [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. le tabouret
    de kantoorkruk

Vertaal Matrix voor tabouret:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kantoorkruk tabouret
kruk escabeau; tabouret andouille; bousilleur; bras; brimborion; chiffon; colificheur; drôle de type; empoté; gaffeur; levier; loque; loquet; loqueteau; maladroit; manchot; manette; manivelle; pauvre diable; pauvre type; poignée
krukje escabeau; tabouret
pianokrukje escabeau; tabouret
poef escabeau; tabouret
taboeret escabeau; tabouret

Synoniemen voor "tabouret":


Wiktionary: tabouret

tabouret
noun
  1. Petit siège sans dossier

Cross Translation:
FromToVia
tabouret kruk; barkruk stool — a seat

Verwante vertalingen van tabouret