Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. tapir:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor tapir (Frans) in het Nederlands

tapir:

tapir [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le tapir
    de tapir
    • tapir [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tapir:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tapir tapir

Synoniemen voor "tapir":


Wiktionary: tapir

tapir
noun
  1. zoologie|nocat=1 Espèce d'ongulé périssodactyle d’Amérique tropicale, qui a nez long et qui est nocturne.
verb
  1. Se cacher en se tenant dans une posture ramasser.
tapir
noun
  1. hoefdier, zo groot als een ezel en met een kleine beweeglijke slurf

Cross Translation:
FromToVia
tapir tapir tapir — large odd-toed ungulate with a long prehensile upper lip of the family Tapiridae.