Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. tennis:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor tennis (Frans) in het Nederlands

tennis:

tennis [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le tennis
    het tennis
    • tennis [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. le tennis (baskets)
    de sportschoenen; de gympjes; de gymschoenen
  3. le tennis (courts de tennis; terrains de tennis)
    de tennisbanen; de tennisvelden

Vertaal Matrix voor tennis:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gympjes baskets; tennis
gymschoenen baskets; tennis
sportschoenen baskets; tennis
tennis tennis
tennisbanen courts de tennis; tennis; terrains de tennis
tennisvelden courts de tennis; tennis; terrains de tennis

Wiktionary: tennis

tennis
noun
  1. Sport
tennis
noun
  1. schoeisel|nld een hakloze soepele schoen, speciaal om tennis te spelen

Cross Translation:
FromToVia
tennis tennis Tennissportliches Ballspiel, welches als Rückschlagspiel mit einem Tennisball und jeweils einem Tennisschläger pro Person gespielt wird
tennis tennis tennis — sport played by two or four players with strung racquets

Verwante vertalingen van tennis