Frans

Uitgebreide vertaling voor viser à (Frans) in het Nederlands

viser à:

viser à werkwoord

  1. viser à (vouloir dire; entendre; avoir en vue)
    bedoelen; ergens iets mee willen zeggen
  2. viser à (viser)
    richten; in een bep. richting plaatsen; mikken
  3. viser à (viser)
    doelen
    • doelen werkwoord (doel, doelt, doelde, doelden, gedoeld)
  4. viser à (ambitionner; aspirer à; viser)
    streven naar; streven; mikken op
    • streven naar werkwoord (streef naar, streeft naar, streefte naar, streeften naar, gestreefd naar)
    • streven werkwoord (streef, streeft, streefte, streeften, gestreefd)
    • mikken op werkwoord
  5. viser à (s'efforcer; ambitionner; aspirer à; viser)
    streven; ijveren
    • streven werkwoord (streef, streeft, streefte, streeften, gestreefd)
    • ijveren werkwoord (ijver, ijvert, ijverde, ijverden, geijverd)
  6. viser à (viser; avoir en vue)
    viseren; doel beogen; aansturen op
  7. viser à (aspirer à; ambitionner)
    ambiëren
    • ambiëren werkwoord (ambieer, ambieert, ambieerde, ambieerden, geambieerd)
  8. viser à (viser; ambitionner; aspirer à; s'efforcer)
    mikken; gericht werpen

Vertaal Matrix voor viser à:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aansturen op ambition; aspiration; but; ce que l'on vise; intention
mikken op ambition; fait de viser à
streven ambition; application; aspiration; but; ce que l'on vise; cible; consécration; dessein; destination; dévouement; effort; enjeu; intention; mise; mise à prix; objectif; tentative
streven naar ambition; aspiration; but; ce que l'on vise; intention
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aansturen op avoir en vue; viser; viser à aller droit à; foncer sur; naviguer sur
ambiëren ambitionner; aspirer à; viser à
bedoelen avoir en vue; entendre; viser à; vouloir dire ambitionner; aspirer; avoir en vue; poursuivre; se proposer; viser
doel beogen avoir en vue; viser; viser à
doelen viser; viser à
ergens iets mee willen zeggen avoir en vue; entendre; viser à; vouloir dire
gericht werpen ambitionner; aspirer à; s'efforcer; viser; viser à
ijveren ambitionner; aspirer à; s'efforcer; viser; viser à
in een bep. richting plaatsen viser; viser à
mikken ambitionner; aspirer à; s'efforcer; viser; viser à
mikken op ambitionner; aspirer à; viser; viser à
richten viser; viser à aligner; mettre en coordination; équilibrer
streven ambitionner; aspirer à; s'efforcer; viser; viser à
streven naar ambitionner; aspirer à; viser; viser à
viseren avoir en vue; viser; viser à

Verwante vertalingen van viser à