Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor se concentrer (Frans) in het Nederlands

concentrer:

concentrer werkwoord (concentre, concentres, concentrons, concentrez, )

  1. concentrer (réunir; rassembler; unir)
    samenbrengen; concentreren; bijeenbrengen; bij elkaar brengen
    • samenbrengen werkwoord (breng samen, brengt samen, bracht damen, brachten samen, samengebracht)
    • concentreren werkwoord (concentreer, concentreert, concentreerde, concentreerden, geconcentreerd)
    • bijeenbrengen werkwoord (breng bijeen, brengt bijeen, bracht bijeen, brachten bijeen, bijeengebracht)
    • bij elkaar brengen werkwoord (breng bij elkaar, brengt bij elkaar, bracht bij elkaar, brachten bij elkaar, bij elkaar gebracht)
  2. concentrer (réduire en bouillant; réduire; épaissir)
    verdikken; indikken; door koken dikker worden
  3. concentrer (centraliser)
    centraliseren
    • centraliseren werkwoord (centraliseer, centraliseert, centraliseerde, centraliseerden, gecentraliseerd)

Conjugations for concentrer:

Présent
  1. concentre
  2. concentres
  3. concentre
  4. concentrons
  5. concentrez
  6. concentrent
imparfait
  1. concentrais
  2. concentrais
  3. concentrait
  4. concentrions
  5. concentriez
  6. concentraient
passé simple
  1. concentrai
  2. concentras
  3. concentra
  4. concentrâmes
  5. concentrâtes
  6. concentrèrent
futur simple
  1. concentrerai
  2. concentreras
  3. concentrera
  4. concentrerons
  5. concentrerez
  6. concentreront
subjonctif présent
  1. que je concentre
  2. que tu concentres
  3. qu'il concentre
  4. que nous concentrions
  5. que vous concentriez
  6. qu'ils concentrent
conditionnel présent
  1. concentrerais
  2. concentrerais
  3. concentrerait
  4. concentrerions
  5. concentreriez
  6. concentreraient
passé composé
  1. ai concentré
  2. as concentré
  3. a concentré
  4. avons concentré
  5. avez concentré
  6. ont concentré
divers
  1. concentre!
  2. concentrez!
  3. concentrons!
  4. concentré
  5. concentrant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor concentrer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
concentreren concentration
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bij elkaar brengen concentrer; rassembler; réunir; unir
bijeenbrengen concentrer; rassembler; réunir; unir
centraliseren centraliser; concentrer
concentreren concentrer; rassembler; réunir; unir
door koken dikker worden concentrer; réduire; réduire en bouillant; épaissir
indikken concentrer; réduire; réduire en bouillant; épaissir rendre épais; réduire en bouillant; épaissir en bouillant
samenbrengen concentrer; rassembler; réunir; unir
verdikken concentrer; réduire; réduire en bouillant; épaissir grossir; rendre épais; réduire en bouillant; s'enfler; s'épaisser; se renfler; épaissir en bouillant

Synoniemen voor "concentrer":


Wiktionary: concentrer

concentrer
verb
  1. op één plek samenbrengen

Cross Translation:
FromToVia
concentrer concentreren concentrate — increase the strength and diminish the bulk of, as of a liquid or an ore
concentrer concentreren concentrate — bring to, or direct toward, a common center
concentrer concentreren concentrate — focus one's thought or attention

se concentrer:

se concentrer [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le se concentrer (concentration)
    de concentratie; aandacht verenigen; geconcentreerdheid

Vertaal Matrix voor se concentrer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aandacht verenigen concentration; se concentrer
concentratie concentration; se concentrer concentration; densité; tension
geconcentreerdheid concentration; se concentrer

Wiktionary: se concentrer

se concentrer
verb
  1. zich ~ op één zaak toespitsen

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van se concentrer