Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. zéro:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor zéro (Frans) in het Nederlands

zéro:

zéro bijvoeglijk naamwoord

  1. zéro (nul)
    nihil; nul
    • nihil bijwoord
    • nul bijvoeglijk naamwoord
  2. zéro (lamentable; pitoyable; malheureux; )
    belazerd; bedonderd; ellendig; diep ongelukkig

zéro

  1. zéro

Vertaal Matrix voor zéro:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedonderd lamentable; malheureux; minable; misérable; misérablement; pitoyable; pitoyablement; zéro
belazerd lamentable; malheureux; minable; misérable; misérablement; pitoyable; pitoyablement; zéro
ellendig lamentable; malheureux; minable; misérable; misérablement; pitoyable; pitoyablement; zéro d'une façon funeste; dépourvu; désagréable; désastreusement; désastreux; désolant; ennuyeux; fichu; funeste; lamentable; malade; malheureux; minable; misérable; misérablement; morne; morose; patraque; pauvre; pauvrement; pitoyable; pitoyablement; sans valeur
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nihil nul; zéro
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
nul zéro
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
diep ongelukkig lamentable; malheureux; minable; misérable; misérablement; pitoyable; pitoyablement; zéro
nul nul; zéro

Synoniemen voor "zéro":


Wiktionary: zéro

zéro
  1. -
    • zéronul
noun
  1. nombre qui indique une quantité nulle, l’absence ou l’inexistence de quelque chose.

Cross Translation:
FromToVia
zéro nebbisj Nebbichsalopp abwertend: jemand, der unwichtig, unbedeutend ist
zéro nul null — die Kardinalzahl vor eins; der Wert null; die Ziffer „0“
zéro nul zero — cardinal number before 1, denoting nothing
zéro nul zero — point of origin on a scale

Verwante vertalingen van zéro