Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. faute:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Frans:   Meer gegevens...
  1. faute:
    Het woord faute is bekend in onze database, echter hebben wij hiervoor nog geen vertaling van zweeds naar frans.


Frans

Uitgebreide vertaling voor faute (Frans) in het Zweeds

faute:

faute [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la faute (erreur; gaffe; méprise; )
    fel; misstag; synd
    • fel [-ett] zelfstandig naamwoord
    • misstag [-ett] zelfstandig naamwoord
    • synd [-en] zelfstandig naamwoord
  2. la faute (faux pas; erreur)
    misstag; fel; blunder
    • misstag [-ett] zelfstandig naamwoord
    • fel [-ett] zelfstandig naamwoord
    • blunder [-en] zelfstandig naamwoord
  3. la faute (défaut; erreur; errance; imperfection)
    fel; trasigt
    • fel [-ett] zelfstandig naamwoord
    • trasigt zelfstandig naamwoord
  4. la faute (erreur; méprise; coup manqué; )
    misstag; miss; bkunder; felsteg
    • misstag [-ett] zelfstandig naamwoord
    • miss [-en] zelfstandig naamwoord
    • bkunder zelfstandig naamwoord
    • felsteg [-ett] zelfstandig naamwoord
  5. la faute (bévue; gaffe; méprise; )
    skrik
    • skrik [-ett] zelfstandig naamwoord
  6. la faute (gaffe; bévue; erreur; maladresse; énormité)
    blunder; dumhet
    • blunder [-en] zelfstandig naamwoord
    • dumhet [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor faute:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bkunder bévue; coup manqué; coup raté; erreur; faute; faux pas; lapsus; méprise
blunder bévue; erreur; faute; faux pas; gaffe; maladresse; énormité bévue; bévues; coup manqué; coup raté; erreur; fautes; gaffe; gaffes; maladresses; énormité
dumhet bévue; erreur; faute; gaffe; maladresse; énormité badinage; bouffonnerie; bévue; bêtise; candeur; cocasserie; concentration; densité; fait d'être bonasse; folie; gaffe; ignorance; ingénuité; innocence; insipidité; naïveté; niaiserie; nullité; plaisanterie; raillerie; simplicité; sottise; stupidité; énormité
fel bévue; coup manqué; défaut; errance; erreur; faute; faux pas; gaffe; imperfection; lapsus; méprise; égarement avarie; blâme; bogue; difficultés; dommage; défaillance; défaut; défauts; dérangement; désagréments; erreur; fautes; handicaps; imperfection; incommodités; iniquité; injustice; maladresses; manque; manques; non-exécution; panne; réprobation; tort
felsteg bévue; coup manqué; coup raté; erreur; faute; faux pas; lapsus; méprise erreurs; fautes
miss bévue; coup manqué; coup raté; erreur; faute; faux pas; lapsus; méprise bévue; coup manqué; coup raté; erreur
misstag bévue; coup manqué; coup raté; défaut; errance; erreur; faute; faux pas; gaffe; lapsus; méprise; égarement bévues; erreurs; fautes; gaffes; maladresses; malentendus; méprises; égarements
skrik bévue; coup manqué; défaut; errance; erreur; faute; gaffe; lapsus; méprise; égarement bourrasque; coup de vent; cri; exclamation; hurlement
synd bévue; coup manqué; défaut; errance; erreur; faute; gaffe; lapsus; méprise; égarement dommage; défaut; immoralité; péché; vice; établi à étau
trasigt défaut; errance; erreur; faute; imperfection
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fel abusif; en désordre; erroné; fausse; faux; fripon; incorrect; incorrecte; inexact; malicieux; polisson; raté; à côté
synd dommage; fâcheusement; fâcheux; hélas; malheureusement; regrettable
trasigt abîmé; avarié; brisé; cassé; crevé; dans un état triste; déchiré; défectueux; délabré; détraqué; détérioré; dévoré; en dérangement; en lambeaux; en morceaux; en panne; en pièces; endommagé; fracturé; fêlé; hors d'usage; hors de service; lacéré; rompu; troué; variolé

Synoniemen voor "faute":


Wiktionary: faute

faute
noun
  1. Manquement plus ou moins grave à un devoir, à une loi, à une règle, à un usage, à une convenance
  2. Manquement contre les règles de l'art, imperfection en quelque ouvrage
  3. Manque, disette

Cross Translation:
FromToVia
faute fel fault — defect
faute skuld fault — mistake, e.g., of a person
faute förkastning fault — geological fracture through rock
faute foul; regelbrott; regelöverträdelse foul — offence in sports
faute fel; misstag; miss mistake — an error (1)
faute skuld schuld — een verantwoordelijkheid die iemand wordt toegeschreven voor een laakbare gebeurtenis of toestand
faute misstag; fel fout — vergissing, onjuistheid
faute fel Fehler — Abweichung von einem optimalen Zustand, Verfahren oder dem Richtigen

Verwante vertalingen van faute



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor faute (Zweeds) in het Frans