Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. arme:
  2. arôme:
  3. armée:
  4. armé:
  5. armer:
  6. Wiktionary:
Zweeds naar Frans:   Meer gegevens...
  1. armé:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor arme (Frans) in het Zweeds

arme:

arme [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'arme (moyen guerrier; fusil; pistolet)
    vapen; beväpning
    • vapen [-ett] zelfstandig naamwoord
    • beväpning [-en] zelfstandig naamwoord
  2. l'arme (pistolet; revolver; fusil)
    pistol
    • pistol [-en] zelfstandig naamwoord
  3. l'arme (bouche à feu; fusil)
    gevär
    • gevär [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor arme:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beväpning arme; fusil; moyen guerrier; pistolet armature; armement; feraillage; équipement
gevär arme; bouche à feu; fusil arme à feu; fusil
pistol arme; fusil; pistolet; revolver arme à feu; fusil; pistolet; revolver
vapen arme; fusil; moyen guerrier; pistolet Armes; armement

Synoniemen voor "arme":


Wiktionary: arme


Cross Translation:
FromToVia
arme vapen arm — weapon
arme vapen weapon — instrument of attack or defense in combat
arme vapen Waffe — ein technisches Hilfsmittel für die Jagd und den Kampf

arôme:

arôme [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'arôme
    doft; arom
    • doft [-en] zelfstandig naamwoord
    • arom [-en] zelfstandig naamwoord
  2. l'arôme
    kryddning; smaksättning
  3. l'arôme (odeur; bouquet; senteur; parfum)
    bouqet; doft; arom
    • bouqet zelfstandig naamwoord
    • doft [-en] zelfstandig naamwoord
    • arom [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor arôme:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arom arôme; bouquet; odeur; parfum; senteur
bouqet arôme; bouquet; odeur; parfum; senteur
doft arôme; bouquet; odeur; parfum; senteur arrangement de fleurs; bouquet; bouquet de fleurs; gerbe de fleurs
kryddning arôme aromatisant; herbe aromatique; marinade
smaksättning arôme aromatisant; herbe aromatique

Synoniemen voor "arôme":


Wiktionary: arôme


Cross Translation:
FromToVia
arôme doft Duftallgemein: ein angenehmer Geruch der sich verbreitet oder ausgebracht wird
arôme doft; arom Aroma — bestimmter (meist angenehmer) Duft, Geruch

armée:

armée [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'armée (forces armées; forces militaires; force militaire; force armée)
    beväpnade styrkor; styrka; armé
  2. l'armée
    armé
    • armé [-en] zelfstandig naamwoord
  3. l'armée

Vertaal Matrix voor armée:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
armé armée; force armée; force militaire; forces armées; forces militaires armée de terre
beväpnade styrkor armée; force armée; force militaire; forces armées; forces militaires
styrka armée; force armée; force militaire; forces armées; forces militaires capacité; côté fort; dynamique; dynamisme; fait d'être ferme; fermeté; force; force musculaire; groupe de travail; intensité; pouvoir; pouvoirs; puissance; robustesse; solidité; taille trapue; vigueur; énergie; équipe de travail
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
försvarsmakt armée

Synoniemen voor "armée":


Wiktionary: armée

armée
noun
  1. ensemble structuré de soldats

Cross Translation:
FromToVia
armée armé; här army — military force concerned mainly with ground operations
armée armé; här Heer — Gesamtheit der Landstreitkräfte eines Staates
armée militär Militär — die bewaffneten Streitkräfte eines Staates
armée här; armé Armeeursprünglich: bewaffnete Landmacht, Heer, Heeresabteilung

armé:

armé bijvoeglijk naamwoord

  1. armé (préparé)
    förberett; redo; beredd; berett
  2. armé
    beväpnad; beväpnat

Vertaal Matrix voor armé:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beredd bienveillance; bonne volonté; promptitude
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beredd armé; préparé
berett armé; préparé complaisant; disposé; obligeant; serviable
beväpnad armé
beväpnat armé
förberett armé; préparé prêt à cuire
redo armé; préparé

Synoniemen voor "armé":


Wiktionary: armé


Cross Translation:
FromToVia
armé beväpnad bewaffnet — mit einer Waffe ausgerüstet

arme vorm van armer:

armer werkwoord (arme, armes, armons, armez, )

  1. armer (se cuirasser; blinder)
    beväpna
    • beväpna werkwoord (beväpnar, beväpnade, beväpnat)
  2. armer (cuirasser; blinder)
    bestycka
    • bestycka werkwoord (bestycker, bestyckte, bestyckt)
  3. armer (se mettre en grande toilette; munir; doter; )
    klä sig på; klä sig fin
    • klä sig på werkwoord (klär sig på, klädde sig på, klätt sig på)
    • klä sig fin werkwoord (klär sig fin, klädde sig fin, klätt sig fin)

Conjugations for armer:

Présent
  1. arme
  2. armes
  3. arme
  4. armons
  5. armez
  6. arment
imparfait
  1. armais
  2. armais
  3. armait
  4. armions
  5. armiez
  6. armaient
passé simple
  1. armai
  2. armas
  3. arma
  4. armâmes
  5. armâtes
  6. armèrent
futur simple
  1. armerai
  2. armeras
  3. armera
  4. armerons
  5. armerez
  6. armeront
subjonctif présent
  1. que j'arme
  2. que tu armes
  3. qu'il arme
  4. que nous armions
  5. que vous armiez
  6. qu'ils arment
conditionnel présent
  1. armerais
  2. armerais
  3. armerait
  4. armerions
  5. armeriez
  6. armeraient
passé composé
  1. ai armé
  2. as armé
  3. a armé
  4. avons armé
  5. avez armé
  6. ont armé
divers
  1. arme!
  2. armez!
  3. armons!
  4. armé
  5. armant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor armer:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bestycka armer; blinder; cuirasser
beväpna armer; blinder; se cuirasser
klä sig fin armer; doter; décorer; embellir; munir; orner; parer; passementer; se mettre en grande toilette; équiper
klä sig på armer; doter; décorer; embellir; munir; orner; parer; passementer; se mettre en grande toilette; équiper

Synoniemen voor "armer":


Wiktionary: armer

armer
verb
  1. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
armer beväpna; rusta arm — to supply with weapons

Verwante vertalingen van arme



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor arme (Zweeds) in het Frans

armé:

armé [-en] zelfstandig naamwoord

  1. armé (beväpnade styrkor; styrka)
    l'armée; la forces militaires; la forces armées; la force militaire; la force armée
  2. armé (marktrupper)
    l'armée de terre
  3. armé
    l'armée
    • armée [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor armé:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
armée armé; beväpnade styrkor; styrka försvarsmakt
armée de terre armé; marktrupper markstridskrafter; marktrupper
force armée armé; beväpnade styrkor; styrka stridsmakt
force militaire armé; beväpnade styrkor; styrka militären
forces armées armé; beväpnade styrkor; styrka stridskrafter; stridsmakt
forces militaires armé; beväpnade styrkor; styrka stridskrafter

Synoniemen voor "armé":


Wiktionary: armé

armé
noun
  1. ensemble structuré de soldats

Cross Translation:
FromToVia
armé armée army — military force concerned mainly with ground operations
armé armée Heer — Gesamtheit der Landstreitkräfte eines Staates
armé armée Armeeursprünglich: bewaffnete Landmacht, Heer, Heeresabteilung

Verwante vertalingen van arme