Overzicht
Frans naar Zweeds: Meer gegevens...
-
choc:
- skakning; schock; krocka; sammanstöta; bävande; slag; stöt; dunk; bump; lätt knuff; stöta ihop med
- stöt; kollision
-
Wiktionary:
- choc → chock, skräll, överraskning
Frans
Uitgebreide vertaling voor choc (Frans) in het Zweeds
choc:
-
le choc (secousse; mouvement brusque; saccade; heurt; à-coup)
-
le choc
-
le choc (lourde chute; coup; boum; grondement; fracas; éclat; coup violent)
-
le choc (tremblement; secousse; saccade; heurt; cahot; oscillation; vibration)
-
le choc (poussée; coup; coup de pouce; butoir; impulsion; petit coup; heurt; cahot)
-
le choc (collision; accrochage; altercation; coup; cahot)
stöta ihop med-
stöta ihop med zelfstandig naamwoord
-
Vertaal Matrix voor choc:
Synoniemen voor "choc":
Computer vertaling door derden: