Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ordure:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor ordure (Frans) in het Zweeds

ordure:

ordure [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'ordure (cochon; vaurien; polisson; clochard; immondices)
    äcklig gubbe; skunk
  2. l'ordure (saleté; cochonnerie; saloperie; )
    smutsighet; svineri
  3. l'ordure (cochonnerie; saleté; saloperie; répugnance; obscénité)
    smutsighet; fulhet; orenhet; otäckhet

Vertaal Matrix voor ordure:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fulhet cochonnerie; obscénité; ordure; répugnance; saleté; saloperie
orenhet cochonnerie; obscénité; ordure; répugnance; saleté; saloperie crasse; impureté; malpropreté; saleté
otäckhet cochonnerie; obscénité; ordure; répugnance; saleté; saloperie
skunk clochard; cochon; immondices; ordure; polisson; vaurien moufette
smutsighet cochonnerie; malpropreté; négligence; obscénité; ordure; répugnance; saleté; saloperie crasse; malpropreté
svineri cochonnerie; malpropreté; négligence; obscénité; ordure; répugnance; saleté; saloperie
äcklig gubbe clochard; cochon; immondices; ordure; polisson; vaurien

Synoniemen voor "ordure":


Wiktionary: ordure


Cross Translation:
FromToVia
ordure smuts; fet smuts; sot grime — Dirt that is ingrained and difficult to remove
ordure skräp junk — rubbish, waste
ordure sopor; skräp Kehricht — durch kehren mit einem Besen zusammengetragener Müll oder Schmutz