Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Extérieur:
  2. extérieur:
  3. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor extérieur (Frans) in het Zweeds

Extérieur:

Extérieur bijvoeglijk naamwoord

  1. Extérieur
    Utomhus

Vertaal Matrix voor Extérieur:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Utomhus Extérieur

extérieur:

extérieur bijvoeglijk naamwoord

  1. extérieur (extérieurement; externe; de l'extérieur)
    yttre
    • yttre bijvoeglijk naamwoord
  2. extérieur (étranger)
    utländsk
  3. extérieur (qui n'habit pas à la maison; externe)
    som bor hemifrån

extérieur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'extérieur (côté extérieur; dehors; face externe)
    utanför; yttersta
  2. l'extérieur (apparence; air; mine; aspect)
    utanför
  3. l'extérieur
    utanför; ute
    • utanför zelfstandig naamwoord
    • ute zelfstandig naamwoord
  4. l'extérieur (apparence; allure; forme; )
    framträdande

Vertaal Matrix voor extérieur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
framträdande air; air de quelqu'un; allure; apparence; aspect; dehors; extérieur; figure; forme; mine; physique apparition; aspect; comparution; formation du comparatif; importunité; parution; spectacle; vision; vue
utanför air; apparence; aspect; côté extérieur; dehors; extérieur; face externe; mine exclusion
ute extérieur
yttersta côté extérieur; dehors; extérieur; face externe excès; extrémité; extrême; limitation; limite; limites
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
framträdande de poids; important; influent; puissant
som bor hemifrån externe; extérieur; qui n'habit pas à la maison
utanför fini
ute dépassé; fini; à l'étranger
utländsk extérieur; étranger d'outre-mer; exotique; étrange; étrangement; étranger
yttersta le plus extrême
yttre de l'extérieur; externe; extérieur; extérieurement

Synoniemen voor "extérieur":


Wiktionary: extérieur


Cross Translation:
FromToVia
extérieur utsida outside — outer surface

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van extérieur