Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. dette:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor dette (Frans) in het Zweeds

dette:

dette [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la dette
    skuld
    • skuld [-en] zelfstandig naamwoord
  2. la dette
    skuld; finansiell skuld
  3. la dette (dette auprès de la banque; débit; découvert; doit)
    ränteskuld; bankskuld

Vertaal Matrix voor dette:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bankskuld dette; dette auprès de la banque; doit; débit; découvert
finansiell skuld dette
ränteskuld dette; dette auprès de la banque; doit; débit; découvert
skuld dette blâme; consommation; noce; réprobation

Synoniemen voor "dette":


Wiktionary: dette

dette
noun
  1. Somme due à un créancier

Cross Translation:
FromToVia
dette skuld debt — action, state of mind, or object one has an obligation to perform for another
dette skuld debt — money that one person or entity owes or is required to pay to another
dette gäld; skuld schuld — een geldbedrag dat ondanks de verplichting daartoe niet betaald wordt
dette skuld Schuldmeist Plural Verpflichtung zu einer Leistung an einen Dritten, in Geld oder sonstigen Werten

Verwante vertalingen van dette