Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor enchaînement (Frans) in het Zweeds

enchaînement:

enchaînement [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'enchaînement (chaîne)
    halsband
  2. l'enchaînement (commutation; couplage; connexion)
    omkrets; kretsgång; varv; krets; rond; rutt; omlopp
    • omkrets [-en] zelfstandig naamwoord
    • kretsgång zelfstandig naamwoord
    • varv [-ett] zelfstandig naamwoord
    • krets [-en] zelfstandig naamwoord
    • rond [-en] zelfstandig naamwoord
    • rutt [-en] zelfstandig naamwoord
    • omlopp [-ett] zelfstandig naamwoord
  3. l'enchaînement (chaîne; collier; chaînette; séquence; cycle)
    kedja
    • kedja [-en] zelfstandig naamwoord
  4. l'enchaînement
    kedja ihop

enchaînement [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'enchaînement (succession; embranchement; addition)
    räcka; kedja; sekvens; serie
    • räcka [-en] zelfstandig naamwoord
    • kedja [-en] zelfstandig naamwoord
    • sekvens [-en] zelfstandig naamwoord
    • serie [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor enchaînement:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
halsband chaîne; enchaînement bijou porté autour du cou; bride; chaîne; collier; guide; guides; laisse; lisière; rêne
kedja addition; chaîne; chaînette; collier; cycle; embranchement; enchaînement; succession; séquence chaîne; entrave; fers; menotte; série
kedja ihop enchaînement
krets commutation; connexion; couplage; enchaînement amicale; association; cercle; club; société; union des artisans
kretsgång commutation; connexion; couplage; enchaînement
omkrets commutation; connexion; couplage; enchaînement circonférence; compas d'épaisseur; dimension; format; mensuration; mesure; pointure; sens; signification; taille; étendue
omlopp commutation; connexion; couplage; enchaînement agent de fusion; cercle de giration; circuit; fondant; piste; rayon de braquage
rond commutation; connexion; couplage; enchaînement manche
rutt commutation; connexion; couplage; enchaînement
räcka addition; embranchement; enchaînement; succession bande; barre; corde; câble; file; ligne; rang; rangs; règle; série
sekvens addition; embranchement; enchaînement; succession séquence; série
serie addition; embranchement; enchaînement; succession chaînes; concaténations; enfilades; famille; feuilleton; ordre; rangées; succession; successions; suite; suites; séquence; série; séries
varv commutation; connexion; couplage; enchaînement chantier de construction; chantier naval; dock
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kedja captiver; enchaîner; joindre; lier; ligoter; passer les menottes; prendre; relier; saisir
räcka aller jusqu'à; arriver à; atteindre; donner; offrir; passer; remettre; remettre aux mains; suffire; tendre; étendre; être suffisant

Synoniemen voor "enchaînement":


Verwante vertalingen van enchaînement