Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. kleingeld:
  2. Wiktionary:
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Kleingeld:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kleingeld (Nederlands) in het Duits

kleingeld:

kleingeld [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het kleingeld (wisselgeld)
    Wechselgeld; Kleingeld

Vertaal Matrix voor kleingeld:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Kleingeld kleingeld; wisselgeld
Wechselgeld kleingeld; wisselgeld wisselgeld

Wiktionary: kleingeld

kleingeld
noun
  1. geld in kleine coupures, vooral in munten

Cross Translation:
FromToVia
kleingeld Kleingeld loose change — coins kept in one's pocket or bag



Duits

Uitgebreide vertaling voor kleingeld (Duits) in het Nederlands

Kleingeld:

Kleingeld [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Kleingeld (Wechselgeld)
    het wisselgeld; het kleingeld

Vertaal Matrix voor Kleingeld:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kleingeld Kleingeld; Wechselgeld
wisselgeld Kleingeld; Wechselgeld Wechselgeld

Synoniemen voor "Kleingeld":


Wiktionary: Kleingeld

Kleingeld
noun
  1. geld in kleine coupures, vooral in munten

Cross Translation:
FromToVia
Kleingeld kleingeld loose change — coins kept in one's pocket or bag