Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. toedienen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor toedienen (Nederlands) in het Duits

toedienen:

toedienen werkwoord (dien toe, dient toe, diende toe, dienden toe, toegediend)

  1. toedienen (geneesmiddel toedienen; verstrekken; ingeven; geven)
    eingeben; verordnen; einflößen
    • eingeben werkwoord (gebe ein, gibst ein, gibt ein, gab ein, gabt ein, eingegeben)
    • verordnen werkwoord (verordne, verordnest, verordnet, verordnete, verordnetet, verordnet)
    • einflößen werkwoord (flöße ein, flößst ein, flößt ein, flößte ein, flößtet ein, eingeflößt)

Conjugations for toedienen:

o.t.t.
  1. dien toe
  2. dient toe
  3. dient toe
  4. dienen toe
  5. dienen toe
  6. dienen toe
o.v.t.
  1. diende toe
  2. diende toe
  3. diende toe
  4. dienden toe
  5. dienden toe
  6. dienden toe
v.t.t.
  1. heb toegediend
  2. hebt toegediend
  3. heeft toegediend
  4. hebben toegediend
  5. hebben toegediend
  6. hebben toegediend
v.v.t.
  1. had toegediend
  2. had toegediend
  3. had toegediend
  4. hadden toegediend
  5. hadden toegediend
  6. hadden toegediend
o.t.t.t.
  1. zal toedienen
  2. zult toedienen
  3. zal toedienen
  4. zullen toedienen
  5. zullen toedienen
  6. zullen toedienen
o.v.t.t.
  1. zou toedienen
  2. zou toedienen
  3. zou toedienen
  4. zouden toedienen
  5. zouden toedienen
  6. zouden toedienen
en verder
  1. ben toegediend
  2. bent toegediend
  3. is toegediend
  4. zijn toegediend
  5. zijn toegediend
  6. zijn toegediend
diversen
  1. dien toe!
  2. dient toe!
  3. toegediend
  4. toedienend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

toedienen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. toedienen
    Eingeben; Einflößen

Vertaal Matrix voor toedienen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Einflößen toedienen
Eingeben toedienen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
einflößen geneesmiddel toedienen; geven; ingeven; toedienen; verstrekken
eingeben geneesmiddel toedienen; geven; ingeven; toedienen; verstrekken afstemmen; dicteren; inboezemen; influisteren; ingeven; inspireren; instellen; intikken; intoetsen; intypen; invoeren; souffleren; typen
verordnen geneesmiddel toedienen; geven; ingeven; toedienen; verstrekken aanvoeren; afkondigen; bevel voeren over; bevelen; commanderen; decreteren; dicteren; gebieden; gelasten; ingeven; leiden; leidinggeven; ordonneren; verordenen; verordineren; voorschrijven

Wiktionary: toedienen

toedienen
verb
  1. het doen opnemen van bijvoorbeeld een medicijn door iemand

Cross Translation:
FromToVia
toedienen verabreichen; darreichen administer — to cause to take by openly offering or through deceit
toedienen administrieren; verwalten; leiten administrergouverner, régir les affaires public ou particulier.
toedienen verwalten; leiten; administrieren gérer — Administrer, diriger, manager
toedienen administrieren; verwalten; leiten régirgouverner, diriger, conduire.

Verwante vertalingen van toedienen