Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- vervellen:
-
Wiktionary:
- vervellen → sich schälen
- vervellen → mausern, häuten
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vervellen (Nederlands) in het Duits
vervellen:
-
vervellen
Meine Haut schält sich.; sich schälen; sich häuten; Die Schlange häutet sich.-
Meine Haut schält sich. werkwoord
-
sich schälen werkwoord
-
sich häuten werkwoord (häute mich, häutest dich, häutet sich, häutete sich, häutetet euch, sich gehäutet)
-
Die Schlange häutet sich. werkwoord
-
Conjugations for vervellen:
o.t.t.
- vervel
- vervelt
- vervelt
- vervellen
- vervellen
- vervellen
o.v.t.
- vervelde
- vervelde
- vervelde
- vervelden
- vervelden
- vervelden
v.t.t.
- ben verveld
- bent verveld
- is verveld
- zijn verveld
- zijn verveld
- zijn verveld
v.v.t.
- was verveld
- was verveld
- was verveld
- waren verveld
- waren verveld
- waren verveld
o.t.t.t.
- zal vervellen
- zult vervellen
- zal vervellen
- zullen vervellen
- zullen vervellen
- zullen vervellen
o.v.t.t.
- zou vervellen
- zou vervellen
- zou vervellen
- zouden vervellen
- zouden vervellen
- zouden vervellen
diversen
- vervel!
- vervelt!
- verveld
- vervellend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
vervellen
Vertaal Matrix voor vervellen:
| Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| sich häuten | vervellen | |
| Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| Die Schlange häutet sich. | vervellen | |
| Meine Haut schält sich. | vervellen | |
| sich häuten | vervellen | |
| sich schälen | vervellen |