Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. aanmatigen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aanmatigen (Nederlands) in het Duits

aanmatigen:

aanmatigen werkwoord (matig aan, matigt aan, matigde aan, matigden aan, aangematigd)

  1. aanmatigen (zich verbeelden)
    prätendieren; anmaßen
    • prätendieren werkwoord (prätendiere, prätendierst, prätendiert, prätendierte, prätendiertet, prätendiert)
    • anmaßen werkwoord (maße an, maßt an, maßte an, maßtet an, angemaßt)

Conjugations for aanmatigen:

o.t.t.
  1. matig aan
  2. matigt aan
  3. matigt aan
  4. matigen aan
  5. matigen aan
  6. matigen aan
o.v.t.
  1. matigde aan
  2. matigde aan
  3. matigde aan
  4. matigden aan
  5. matigden aan
  6. matigden aan
v.t.t.
  1. heb aangematigd
  2. hebt aangematigd
  3. heeft aangematigd
  4. hebben aangematigd
  5. hebben aangematigd
  6. hebben aangematigd
v.v.t.
  1. had aangematigd
  2. had aangematigd
  3. had aangematigd
  4. hadden aangematigd
  5. hadden aangematigd
  6. hadden aangematigd
o.t.t.t.
  1. zal aanmatigen
  2. zult aanmatigen
  3. zal aanmatigen
  4. zullen aanmatigen
  5. zullen aanmatigen
  6. zullen aanmatigen
o.v.t.t.
  1. zou aanmatigen
  2. zou aanmatigen
  3. zou aanmatigen
  4. zouden aanmatigen
  5. zouden aanmatigen
  6. zouden aanmatigen
diversen
  1. matig aan!
  2. matigt aan!
  3. aangematigd
  4. aanmatigende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor aanmatigen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anmaßen aanmatigen; zich verbeelden toeëigenen; zich aanmatigen
prätendieren aanmatigen; zich verbeelden beweren; pretenderen; stellen; toeëigenen; verklaren; voorgeven; zich aanmatigen

Verwante vertalingen van aanmatigen