Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. argument:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor argument (Nederlands) in het Duits

argument:

argument [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het argument
    Argument
    • Argument [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor argument:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Argument argument

Verwante woorden van "argument":

  • argumenten

Wiktionary: argument

argument
noun
  1. een aangevoerd feit in een discussie om een zienswijze te ondersteunen
  2. een reden om iets te doen

Cross Translation:
FromToVia
argument Argument argument — variable that is being passed to a function