Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. bemanning:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bemanning (Nederlands) in het Duits

bemanning:

bemanning [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de bemanning
    die Bemannung; die Mannschaft; die Truppe

Vertaal Matrix voor bemanning:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bemannung bemanning landbouwploeg; ploeg
Mannschaft bemanning elf; elftal; equipe
Truppe bemanning bende; brigade; drom; groep; hoop; horde; massa; menigte; schare

Verwante woorden van "bemanning":

  • bemanningen

Wiktionary: bemanning

bemanning
noun
  1. de personen die het benodigde werk aan boord van een schip of vliegtuig verrichten
bemanning
noun
  1. Verkehrswesen: die Gesamtheit aller Seeleute auf einem Boot, Schiff, Luftschiff, Raumschiff oder Flugboot bzw. diejenigen Angestellten einer Fluggesellschaft, die sich im fliegenden Flugzeug befinden

Cross Translation:
FromToVia
bemanning Besatzung crew — group of people operating a large facility or piece of equipment