Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. benjamin:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor benjamin (Nederlands) in het Duits

benjamin:

benjamin [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de benjamin (laatstgeborene; jongste)
    der Jüngste; der Stift; der Junior
    • Jüngste [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Stift [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Junior [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor benjamin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Junior benjamin; jongste; laatstgeborene de jongere; junior
Jüngste benjamin; jongste; laatstgeborene de jongere; junior; laatstgeboren
Stift benjamin; jongste; laatstgeborene ballpoint; balpen; bisdom; griffel; grift; klem; pen; pin; schrijfstift; seminarie; sticht; viltpen; viltstift

Verwante woorden van "benjamin":

  • benjamins