Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gat (Nederlands) in het Duits

gat:

gat [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het gat (bres; opening)
    Loch; die Öffnung; die Bresche; die Einschläge; die Aufmachung; der Einschlag
  2. het gat (gehucht; buurtschap)
    Loch; Dorf; der Ort; der Platz; Nest
    • Loch [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Dorf [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Ort [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Platz [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Nest [das ~] zelfstandig naamwoord
  3. het gat (anus; aars)
    der Schließmuskel; der Arsch; der Anus; der Hintern
    • Schließmuskel [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Arsch [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Anus [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Hintern [der ~] zelfstandig naamwoord
  4. het gat (inkeping; kloof; reet; )
    der Einschnitt; die Spalte; der Riß; die Kerbe
    • Einschnitt [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Spalte [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Riß [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Kerbe [die ~] zelfstandig naamwoord
  5. het gat (waterlek; gaatje; lek)
    Loch; Leck; die undichte Stelle
    • Loch [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Leck [das ~] zelfstandig naamwoord
    • undichte Stelle [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor gat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anus aars; anus; gat
Arsch aars; anus; gat achterste; achterwerk; bibs; billen; kont; staartstuk; stuit; zitvlak; zitwerk
Aufmachung bres; gat; opening buitenkant; expulsie; huls; omhulsel; omkleedsel; omwindsel; uitdossing
Bresche bres; gat; opening
Dorf buurtschap; gat; gehucht buurtschap; dorp
Einschlag bres; gat; opening boekomslag; kaft; omslag
Einschläge bres; gat; opening eigenschap; karakterisering; karakteristiek; kenmerk; typering
Einschnitt barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing brandgang; haal; inkeping; inkerving; insnijding; jaap; keep; kerf; kras; pennekras; scheiding; segregatie; snede; snee; snijwond; sponning; verbreking; vore
Hintern aars; anus; gat achterste; achterwerk; bibs; billen; kont; staartstuk; stuit; zitvlak; zitwerk
Kerbe barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing inkeping; inkerving; insnijding; jaap; keep; kerf; kerfsnede; snede; snee
Leck gaatje; gat; lek; waterlek lek; lekkage; lekken
Loch bres; buurtschap; gaatje; gat; gehucht; lek; opening; waterlek box; deuropening; lek; lekken; opbergruimte; opening
Nest buurtschap; gat; gehucht nest
Ort buurtschap; gat; gehucht buurtschap; dorp; gebied; gewest; locatie; plaats; plaatsbepaling; plek; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel
Platz buurtschap; gat; gehucht buitenplaats; kamer; locatie; plaats; plein; plek; ruimte in een gebouw; vertrek; vertrekken; vierkant plein
Riß barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing barst; breuk; krak; scheur; torn
Schließmuskel aars; anus; gat sluitspier
Spalte barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing bergkloof; bergspleet; geluidsniveau; holte; kloof; kolom; kolom tekst op een pagina; muurnis; nis; opening; paginagedeelte; rotskloof; scheur; spleet; spouw; torn; tussenruimte; uitholling; uitsparing; volume
undichte Stelle gaatje; gat; lek; waterlek lek; lekkage; lekken
Öffnung bres; gat; opening deuropening; lek; lekken; opening; openstelling
- opening
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Spalte kolom

Verwante woorden van "gat":

  • gatten, gaten

Synoniemen voor "gat":


Verwante definities voor "gat":

  1. kleine plaats, klein dorp1
    • het is echt een gat, waar hij woont1
  2. achterwerk, billen1
    • bij het schaatsen viel hij op zijn gat1
  3. ruimte die niet gevuld is1
    • er zit een gat in mijn sok1

Wiktionary: gat

gat
noun
  1. opening
  2. een tekort of ontbrekend deel
  3. in de gaten springen
gat
noun
  1. im Boden, in Bäumen oder Ähnlichem befindlicher Hohlraum oder Senke
  2. Stelle in einer homogenen Masse, an der Substanz fehlt
  3. umgangssprachlich, abwertend: kleine, abgelegene, unbedeutende Ortschaft

Cross Translation:
FromToVia
gat Arschloch arsehole — anus
gat Loch hole — hollow in some surface
gat Loch hole — opening in a solid
gat Grube; Höhlung; Vertiefung creuxcavité, concavité, trou.
gat Loch trou — Ouverture au travers d’un corps
gat Kaff trou — Lieu dont on veut indiquer la petitesse d’une manière exagérée